Mensensmokkel en mensenhandel
Mensensmokkel is het illegaal begeleiden of vervoeren van mensen naar een ander land. Mensenhandel is een bijzondere categorie van mensensmokkel gericht op uitbuiting, vooral in de seksindustrie.
Mensensmokkel geldt als een misdrijf met een internationaal karakter, waarbij veel mensen in verschillende rollen betrokken zijn. Bijvoorbeeld voor het werven van ‘klanten’, de begeleiding tijdens de reis, het verzorgen van valse documenten en de opvang in het land van bestemming. Mensensmokkelaars vragen voor vervoer naar Nederland bedragen variërend van enkele duizenden tot tienduizenden euro’s per reis per persoon. Zij zelf en de mensen die van hun diensten gebruik maken, spreken ook wel over reisagenten (travel agents).
De meerderheid van de asielzoekers die zich in Nederland melden, is hier met de hulp van mensensmokkelaars gekomen. Mensensmokkel wordt door onder andere het Nederlands ministerie van Justitie en Veiligheid hard bestreden. Vluchtelingenorganisaties wijzen erop dat zonder reisagenten of mensensmokkelaars de meeste vluchtelingen, ook degenen met gegronde vrees voor vervolging, Nederland niet zouden kunnen bereiken.
Mensenhandel
Mensenhandel is een bijzondere categorie van mensensmokkel gericht op uitbuiting van vrouwen, mannen en kinderen. Het gaat dan om seksuele uitbuiting, arbeidsuitbuiting, criminele uitbuiting en gedwongen orgaanverwijdering. De slachtoffers komen zowel uit Nederland als het buitenland, vooral uit Midden- en Oost-Europa en Afrika. Gemiddeld is een kwart van de gemelde slachtoffers man.
Sinds 1 februari 2008 is het Verdrag tegen Mensenhandel van de Raad van Europa van kracht.
Mensensmokkel en mensenhandel: Amnesty’s visie
Amnesty is onvoorwaardelijk gekant tegen mensenhandel. Mensenhandel en ook mensensmokkel zijn misdrijven volgens Nederlands en internationaal recht. Volgens Amnesty kan het echter degenen die een gegronde vrees voor vervolging hebben niet kwalijk genomen worden als ze zich gedwongen zagen gebruik te maken van smokkelaars om aan het gevaar te ontkomen.
Voor slachtoffers bestaat de ‘B8.3-regeling’ (voorheen B9) van de Vreemdelingencirculaire, die recht geeft om voor de duur van onderzoek en vervolging legaal in Nederland te verblijven. Sinds 1999 deden honderden mensen, bijna allen vrouwen, een beroep op die regeling. Bedenktijd is onderdeel van de paragraaf B8.3 en biedt het vermoedelijke slachtoffer drie maanden om tot rust te komen na de uitbuiting en na te denken over het doen van aangifte. Amnesty dringt er op aan dat gedurende deze bedenktijd veiligheid, opvang en medische hulp is gegarandeerd.
Zie voor meer informatie de website van CoMensHa, het Coördinatiecentrum tegen Mensenhandel (voorheen Stichting tegen Vrouwenhandel).