Wat is de EU-Turkijedeal?
Om de komst van mensen, onder wie veel kinderen die op de vlucht in Europa arriveerden te ontmoedigen sluiten 27 landen, waaronder Nederland, op 18 maart 2016 een overeenkomst met Turkije. Volgens de deal zouden alle mensen, inclusief mensen die asiel aanvragen, die vanuit Turkije op de Griekse eilanden aankwamen, worden teruggestuurd, ondanks duidelijke aanwijzingen dat het daar onveilig voor hen zou zijn.
Voor elke teruggenomen persoon met de Syrische nationaliteit zou Europa een Syrische vluchteling vanuit Turkije naar de EU laten overkomen per vliegtuig. Turkije moet bovendien alle nodige maatregelen nemen om mensen tegen te houden die de oversteek naar de Griekse eilanden willen maken. Turkije krijgt 6 miljard euro om de situatie van vluchtelingen in eigen land te verbeteren én Turkse burgers zouden visumvrij mogen reizen naar Europa. Dit is de EU-Turkijedeal.
Duizenden mensen verbleven onder erbarmelijke omstandigheden op de Griekse eilanden. Er was sprake van overbevolking, een gebrek aan medische en sanitaire voorzieningen, veel te lange asielprocedures, structurele onveiligheid en blootstelling aan fysiek en seksueel geweld en het ontbreken van onderwijs. Het weinig voedsel was vaak oud en beschimmeld en daardoor ongeschikt. De opvangaccomodaties op de eilanden waren niet geschikt om mensen te beschermen tegen weersomstandigheden zoals extreme hitte, kou en wateroverlast. De uitzichtloosheid in de kampen zorgt voor mentale problemen zoals slaapproblemen, gewichtsverlies, angstklachten, depressie en een hoog aantal suïcidepogingen, ook bij kinderen.
Wat waren de gevolgen van de EU-Turkijedeal?
Ten tijde van het sluiten van de deal was het juridisch al duidelijk: Turkije kan niet aangemerkt worden als veilig land om mensen naartoe uit te zetten omdat Turkije mensen die op de vlucht zijn onvoldoende beschermt. In de praktijk kwam van terugkeer naar Turkije dan ook vrijwel niets terecht na het sluiten van de deal. Mensen belanden massaal op de Griekse eilanden. De EU-lidstaten kwamen hun beloftes niet na om deze mensen op te nemen. Griekenland kon de hoeveelheid asielaanvragen niet aan waardoor mensen, waaronder kinderen soms jarenlang moesten wachten op hun asielbeslissing of hervestiging.
Jarenlange lobby, verschillende campagnes en het uitbrengen van onderzoeksrapporten heeft de houding van de Nederlandse overheid ten opzichte van de deal niet veranderd. Integendeel: in juli 2023 sloot voormalig premier Rutte, samen met de Italiaanse premier Meloni en voorzitter van de Europese Commissie Von der Leyen een soortgelijke deal met de Tunesische president Saied. De EU-Tunesiëdeal werd ondertekend zonder mensenrechtenvoorwaarden, zonder beoordeling van of toezicht op de gevolgen voor mensenrechten en zonder mechanisme om de samenwerking op te schorten in geval van mensenrechtenschendingen. De drie organisaties willen voorkomen dat de EU-Turkijedeal wordt gebruikt als blauwdruk voor toekomstige deals. Deals mogen niet gesloten worden indien dit tot voorzienbare mensenrechtenschendingen leidt. Deals mogen niet zo worden opgesteld dat slachtoffers ervan niemand ter verantwoording kunnen roepen, want de EU als instituut is niet aansprakelijk volgens het Hof van Justitie. Er mag geen gat in rechtsbescherming ontstaan waardoor landen hun verantwoordelijkheid kunnen ontlopen. Meer over deals vind je hier.
Waarom stellen Amnesty International Nederland, Stichting Bootvluchteling en Defence for Children, de Nederlandse staat aansprakelijk?
Het Hof van Justitie van de EU oordeelde eerder dat de EU niet aansprakelijk kan worden gesteld voor de EU-Turkijedeal omdat de deal niet is gesloten met de EU als geheel, maar is gesloten door alle individuele lidstaten. Nederland was voorzitter van de Raad van de Europese Unie ten tijde van het sluiten van de deal, en speelde een belangrijke rol in het bedenken, opstellen en uitvoeren van de deal. Daarom stellen wij, als Nederlandse organisaties, Nederland aansprakelijk voor de mensenrechtenschendingen als gevolg van de deal.
Wat was de reactie van de overheid op de aansprakelijkheidsstelling van 20 maart 2023?
Op 20 maart 2023 hebben Amnesty International Nederland, Stichting Bootvluchteling en Defence for Children de Nederlandse staat aansprakelijk gesteld voor de (voorzienbare) gevolgen van de EU-Turkijedeal. Op 14 september 2023 heeft de overheid laten weten de aansprakelijkheid niet te erkennen, zonder verdere motivering. Daarom stappen de organisaties naar de rechter.
Uit interne stukken blijkt dat politieke redenen meespeelden bij het verzet: zowel voorkomen dat meer mensen in de EU aankomen als doorreizen naar andere EU-landen en dus mogelijk óók naar Nederland. Nederland heeft zich zelfs verzet tegen het overplaatsen van de meest kwetsbare mensen naar het Griekse vaste land. Amnesty International Nederland, Stichting Bootvluchteling en Defence for Children stellen dat de overheid hiermee in strijd heeft gehandeld met mensen- en kinderrechten, de zorgvuldigheidsnorm (de verplichting van overheidsinstanties om zorgvuldig en volgens het recht te handelen bij het uitvoeren van hun taken en beslissingen) én verschillende bepalingen uit het dwingende EU-recht.
Wat staat er in dagvaarding?
Uit verschillende documenten blijkt dat de rol van de Nederlandse overheid niet alleen groot was bij het sluiten van de deal, maar ook bij de uitvoering ervan. Het lijkt er niet op dat de Nederlandse overheid als doel heeft om de situatie te verbeteren, maar om koste wat het kost de deal in stand te houden en te blijven uitvoeren. De Nederlandse staat was op de hoogte van de situatie op de eilanden en het feit dat het in de praktijk niet mogelijk bleek mensen daadwerkelijk terug te sturen naar Turkije. Ondanks deze kennis bleef de staat zich verzetten tegen de mogelijke oplossingen om verlichting op de eilanden teweeg te brengen. Nederland is herhaaldelijk op deze mogelijke oplossingen gewezen.
Wat wordt er van de rechter gevraagd?
We vragen in de eerste plaats aan de rechter om vast te stellen dat de Staat onrechtmatig heeft gehandeld door het mede vormgeven en sluiten van de EU-Turkijedeal en het mede uitvoeren en in stand houden van de EU-Turkijedeal. We vragen de rechter dat de Nederlandse overheid ervoor moet zorgen dat de uitvoering van de EU-Turkijedeal voldoet aan nationale en internationale wetgeving. In dat kader wordt de rechter gevraagd de Staat op te dragen een mechanisme op te zetten dat tijdig (risico’s op) schendingen van toepasselijke internationale wetgeving en het risico op schadelijke gevolgen voor de mensen en kinderen die binnen de reikwijdte van de EU-Turkijedeal vallen signaleert en voorkomt. Wanneer de Staat hier niet aan kan voldoen, vragen we de rechter de Staat op te dragen zich terug te trekken uit de deal, dan wel de werking daarvan op te schorten.
Kan Nederland ervoor zorgen dat de EU-Turkijedeal voldoet aan nationale en internationale wetgeving?
Nederland is niet het enige land dat partij is bij de EU-Turkijedeal. In totaal zijn 26 andere lidstaten bij de deal betrokken. Nederland kan de EU-Turkijedeal niet zonder de medewerking van de andere partijen aanpassen, maar Nederland kan in het wijzigen en uitvoeren van de EU-Turkijedeal wel een voortrekkersrol vervullen, zoals Nederland ook ten tijde van het vormgeven, sluiten en uitvoeren van de deal heeft gedaan. Als de situatie niet in lijn wordt gebracht met mensen- en kinderrechten, moet Nederland zich terugtrekken of de deal opschorten omdat zij anders (mede) verantwoordelijk is voor de schendingen die hieruit voortkomen.
Wat zou het gevolg zijn van het terugtrekken van Nederland uit de EU-Turkijedeal?
Het is een duidelijk signaal richting de politiek en andere lidstaten dat deals die niet voldoen aan mensen- en kinderrechtenstandaarden en van de nodige waarborgen zijn voorzien, niet gesloten mogen worden.
Bij de focus op het verminderen van het aantal mensen en kinderen dat naar Europa komt, wordt vergeten dat de deal heeft gezorgd voor ernstige mensenrechtenschendingen. Los van de vraag wat het doel was van de deal, en of dat doel al dan niet behaald is, mag de mensonterende situatie in de opvangkampen niet het nieuwe normaal worden. De deal kan daarom niet worden bestempeld als een succes en een levensreddende operatie. De gestorven mensen in de kampen, de voedselschaarste, de onveiligheid, de ondermaatse medische zorg, de kou en het gebrek aan perspectief hebben bijgedragen aan het enorme leed van tienduizenden mensen waaronder kinderen die in de kampen verbleven. De schade die is toegebracht door het gedwongen verblijf onder erbarmelijke omstandigheden op de eilanden, zonder enig perspectief op verbetering, zullen zij de rest van hun leven met zich meedragen.
Maar, de EU-Turkijedeal heeft toch mensenlevens gered?
In 2015 stierven bijna 800 mensen in de Middellandse zee bij Griekenland tijdens de overtocht.5 De verdrinkingen zijn na de inwerkingtreding van de EU-Turkijedeal echter nooit gestopt. Als lidstaten de verdrinkingen echt hadden willen voorkomen, hadden ze reddingsoperaties moeten uitvoeren en niet de mensen die (nood)hulp bieden bestraffen (zoals de rechtszaak tegen Pieter Wittenberg, Sarah Mardini en Seán Binder). Het redden van mensenlevens lijkt dus niet de belangrijkste drijfveer te zijn geweest.
Heeft de Nederlandse overheid ingezien wat haar aandeel was in de ellende op de Griekse eilanden? Hebben de organisaties de overheid hierop attent gemaakt en hoe?
Een week voor de inwerkingtreding van de deal schreef Amnesty aan de regering: ‘Voor Amnesty International is het ondenkbaar dat het principeakkoord in de huidige vorm kan worden uitgevoerd zonder dat dit leidt tot ernstige schendingen van mensenrechten en zonder het internationale systeem voor vluchtelingenbescherming grote schade te berokkenen. Wij roepen u dan ook op om zich op deze deal te bezinnen. Uitvoering ervan zou een historische vergissing zijn.’ Vele mensenrechten- en humanitaire organisaties hebben de Nederlandse overheid herhaaldelijk gewaarschuwd voor de gevolgen die de deal zou hebben. Uit interne documenten komt ook naar voren dat de Nederlandse overheid op de hoogte was van het feit dat de opvangkampen op de Griekse eilanden niet voldoende operationeel waren ten tijde van het sluiten van de deal. Daarnaast blijkt uit de interne documenten ook dat de staat later op de hoogte was van de ellende op de eilanden, maar koste wat het kost de deal in stand probeerde te houden. Bovendien hebben tal van organisaties, maar ook verschillende Europese instanties, rapporten en mededelingen geschreven over de situatie op de Griekse eilanden.
De organisaties verwelkomen afspraken die gericht zijn op het creëren van veilige manieren voor mensen om nationale grenzen over te steken (door bijvoorbeeld het verstrekken van visa) en de verantwoordelijkheid voor het opvangen van mensen eerlijk te verdelen. In de praktijk zijn afspraken echter meestal gericht op het terugdringen van de aankomst van mensen, in ruil voor financiële steun of handelsafspraken met landen die een problematische reputatie hebben op het gebied van mensenrechten.
Wat is het standpunt van Amnesty International Nederland, Stichting Bootvluchteling en Defence for Children ten opzichte van deals?
De organisaties zijn niet tegen samenwerking met landen om afspraken te maken over migratie. Maar zoals bij al het handelen van de overheid moet het beleid in overeenstemming zijn met de internationale mensenrechtenverplichtingen die de overheid heeft. Een samenwerking mag nooit inhouden dat mensenrechten aan de kant geschoven worden. Daar valt niet over te onderhandelen.
Wat verwachten Amnesty International Nederland, Stichting Bootvluchteling en Defence for Children van de Nederlandse overheid?
Vluchtelingenkampen zoals op de Griekse eilanden mogen niet gezien worden als een normale situatie, die maar blijft voortbestaan bij gebrek aan een structurele oplossing. Wij hopen dat de dagvaarding leidt tot erkenning dat de Nederlandse overheid verantwoordelijk is voor het sluiten en uitvoeren van de deal en de voorzienbare mensenrechtenschendingen die volgden. We willen voorkomen dat de Nederlandse overheid nieuwe deals sluit zoals de EU-Turkijedeal.
In hoeverre is het realistisch wat Amnesty International Nederland, Stichting Bootvluchteling en Defence for Children willen? Hoe haalbaar is deze rechtszaak?
Het is zeker realistisch dat de onrechtmatigheid van de deal wordt vastgesteld vanwege de mensen- en kinderrechtenschendingen. Door de uitspraak van het Europese Hof dat de EU-Turkijedeal geen handeling van de EU als geheel is, maar van alle afzonderlijke lidstaten, moet aansprakelijkheid bij de individuele lidstaten worden gezocht. En Nederland was naar eigen zeggen ‘de architect’ van de deal, zo blijkt uit de interne stukken.
Waarom stellen Amnesty International Nederland, Stichting Bootvluchteling en Defence for Children de Nederlandse overheid aansprakelijk, in plaats van de Griekse?
Nederland was voorzitter van de Raad van de EU en speelde een grote rol in het bedenken van de EU-Turkijedeal. Wij willen dat landen die de verantwoordelijkheid voor mensen en kinderen die vluchten en asiel aanvragen afschuiven naar andere landen (zoals naar Griekenland en Turkije) die dit voorzienbaar niet aan kunnen, verantwoordelijk gehouden worden. Nederland heeft ondanks de mensen- en kinderrechtenschendingen op de eilanden, de voortzetting van de deal altijd gestimuleerd. Nederland is daarom volgens ons verantwoordelijk voor de gevolgen van de deal.
Is dit al in andere landen geprobeerd?
Voor zover Amnesty International, Stichting Bootvluchteling of Defence for Children weten, is deze procedure nog niet gestart in andere landen. Het Hof van Justitie van de EU heeft wel al uitspraak gedaan over het feit dat de EU als instituut niet aansprakelijk kan worden gesteld voor de EU-Turkijedeal omdat de deal is gesloten tussen verschillende lidstaten en Turkije.
We vragen verder dat de overheid ervoor moet zorgen dat deze deal enkel wordt voortgezet als dit in lijn is met mensen- en kinderrechten. We willen verdere mensenrechtenschendingen voorkomen. Indien niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, moet de overheid zich terugtrekken uit de deal. We willen met deze rechtszaak tevens voorkomen dat de EU-Turkijedeal een blauwdruk wordt voor nieuwe deals. Daarnaast willen we voorkomen dat niemand verantwoordelijk gehouden wordt voor het sluiten en in stand houden van deze deal.
Wat gebeurt er als we de rechtszaak winnen?
Amnesty International, Stichting Bootvluchteling en Defence for Children vragen de rechter vast te stellen dat de Nederlandse staat onrechtmatig heeft gehandeld door het opstellen, sluiten en uitvoeren van een deal die heeft gezorgd voor voorzienbare mensen- en kinderrechtenschendingen. We vragen geen schadevergoeding.
Wat als wij de rechtszaak niet winnen?
Indien de rechter vaststelt dat Nederland niet aansprakelijk is voor de gevolgen van de Turkije deal, laat dit zien dat slachtoffers van de deal nergens heen kunnen voor de gevolgen ervan. De uitspraak van het Hof van Justitie van de EU maakt duidelijk dat de EU als instituut niet verantwoordelijk is. Er zou geen vacuüm mogen zijn waarbij de betrokken landen niet verantwoordelijk zijn te stellen voor de gevolgen van deals zoals de Turkije-deal.
Organisaties die toch informatie naar buiten weten te brengen, rapporteren een gebrek aan medische en fatsoenlijke opvang en ondersteuning voor (zwangere) vrouwen, (alleenreizende) kinderen en kwetsbare personen (waaronder ouderen, slachtoffers van marteling en seksueel geweld). Inefficiënte en onduidelijke procedures, gebrekkige voedselvoorziening en vaak overvolle accommodatie hebben een grote impact op het welzijn van de mensen die in gesloten centra zitten.
Hoe is de situatie nu op de Griekse eilanden?
De kampen op de eilanden zijn inmiddels vervangen door gesloten centra met toezicht, geïsoleerd en ver van de bewoonde wereld. Deze kampen zijn omgevormd tot zwaarbeveiligde centra, met hekken, prikkeldraad, betonnen muren en geavanceerde beveiligingssystemen en drones, waar mensen gedwongen zijn te verblijven in detentie-achtige omstandigheden. Organisaties krijgen lastig toegang waardoor weinig naar buiten komt over de situatie in deze centra. Op Samos worden mensen onterecht vastgehouden in een door de EU gefinancierd vluchtelingenkamp, dat meer lijkt op een gevangenis. Deze vorm van vrijheidsbeperking is in strijd met mensen- en kinderrechtenstandaarden.
De Nederlandse overheid lijkt voorop te lopen met de wens vluchtelingen tegen te houden aan de buitengrenzen van Europa. Hoe kijken de maatschappelijke organisaties hiernaar?
Wij zijn niet principieel tegen samenwerking tussen landen om mensen op de vlucht op te vangen en aldaar de asielprocedure te laten doorlopen. Maar dan moeten die afspraken wel aan mensen- en kinderrechtenstandaarden voldoen. Tot nu toe heeft de praktijk aangetoond dat dit soort migratiedeals tot ernstige mensen- en kinderrechtenschendingen leiden. De belangrijkste aanbevelingen zijn:
Samenvattend: Het alternatief is dat Nederland zich houdt aan de afspraken die ze zelf hebben gemaakt over de bescherming van vluchtelingen en opvang.
Maar er komen toch ook veel mensen naar Europa, wat had Nederland dan moeten doen?
Het antwoord op deze vraag is niet simpel. We hebben wel een paar ideeën:
Vermindert het huidige politieke klimaat de kansen op een succesvolle rechtszaak?
De rechter toetst aan relevante internationale, Europese en nationale wetgeving en in hoeverre Nederland de verplichtingen die hieruit voortvloeien na zijn gekomen. De huidige politiek staat hier los van.
Israël pleegt genocide in Gaza