Beiroet, verblind door duisternis

Na een lange training bij het filmmakersplatform Beirut DC, werd ik deze lente uitgenodigd in Beiroet. Mijn eerste bezoek aan de Libanese hoofdstad in meer dan tien jaar. De schok die ik voelde bij de landing in een stad die totaal veranderd was, bevestigde wat ik had gehoord: het land heeft zijn dieptepunt bereikt. 

Ik had gedacht dat mijn Europese paspoort de beruchte behandeling van Syriërs aan de Libanese grens zou vergemakkelijken. Maar mijn geboortestad, Aleppo, was naast mijn naam voldoende reden voor de immigratiebeambte om naar een Arabisch identiteitsbewijs te vragen. Zijn motivatie kon ik niet zien, en ik overhandigde de officier een oude perskaart. Ik mocht door de paspoortcontrole, maar niet voordat ik de racistische opmerkingen van de officieren hoorde over hoe Syriërs de evolutieladder naar Europees-zijn hebben beklommen. 

De anti-Syrische graffiti weerspiegelde de schaamteloze xenofobie

Voorbij de poorten van de luchthaven bleef de stad niet alleen trouw aan haar manier van welkom, ze overtrof die zelfs. De racistische, anti-Syrische graffiti weerspiegelde de schaamteloze xenofobie tegen Syrische vluchtelingen. Toen de nacht viel verduisterde die de haat, maar riep tegelijk de dood op, rondhangend op elke hoek van de pikdonkere straten van Beiroet. 

Het is pijnlijk om te zien hoe de xenofobe ideeën zijn doorgesijpeld in het gedrag van de regering, en tot uiting komen in officiële acties van het Libanese leger. Het leger is huizen en vluchtelingenkampen binnengevallen, en arresteerde en deporteerde Syriërs zonder papieren. Onnodig te zeggen dat de meeste Syriërs in Libanon die documenten niet hebben. Tot overmaat van ramp is het Libanese ministerie van Binnenlandse Zaken van plan om Syrische gevangenen uit te leveren aan Syrië, zich er volledig van bewust dat ze in Syrische gevangenissen kunnen omkomen door marteling of onrechtmatige doodvonnissen van het Syrische regime. 

Uit angst voor deze onherbergzame stad besloot ik geen Arabisch te spreken. De donkere straten, de bleke gezichten van het Libanese volk, de open hoogspanningskabels die volledig geneutraliseerd waren door de niet-bestaande elektriciteit, de verlaten banken, de spinnenwebbendeuren van winkels-die-ooit-waren, de duidelijk zichtbare verwoesting door de explosie in 2020 in de haven van Beiroet. Dit alles heeft de Libanezen zielloos achtergelaten, maar ook boos op hun ontheemde Syrische gasten. Met onwettige deportaties duwen ze hen terug naar het slachthuis van de dictator – waardoor zelfmoord de minste van twee kwaden was voor een Syriër die het niet kon verdragen om terug te keren. 

Terwijl mensenrechtenorganisaties zoals Amnesty de Libanese regering oproepen om haar gedrag aan te passen, is het Libanese volk gepolariseerd over de Syrische vluchtelingenkwestie. Sommige Libanezen beoefenen publiekelijk vreemdelingenhaat tegen Syriërs, andere gaan de straat op om hun bescherming te eisen.  

Meer columns