
Irene: ‘We moeten lessen trekken uit de geschiedenis en altijd opkomen voor onze democratische rechten’
Bekijk ook: Rechtszaak tegen gemeente Amsterdam vanwege demonstratieverbod: lees alles over de dagvaarding en de verhalen van de mese-eisers. Irene van der Eijk (40) werkt als ondersteunend medewerker op een vakschool in Arnhem. Als videomaker-activist strijdt ze in haar vrije tijd voor de rechten van dier en natuur. Irene deelt haar ervaringen met het demonstratieverbod.
Irene studeerde politicologie en geschiedenis. Ze studeerde af op fascisme en populisme. Na haar studie was ze geschiedenisdocent in het voortgezet onderwijs. Daar was veel aandacht voor slavernij, kolonialisme ende Tweede Wereldoorlog.
“Daar zijn veel belangrijke lessen te leren. En juist vanwege deze lessen is het voor mij vanzelfsprekend om nu solidair te zijn met het Palestijnse volk. Zij worden al decennialang onderdrukt. Ieder mens heeft recht op een veilig bestaan, ongeacht afkomst of religie.”
Irene vertelt hoe ze vanuit deze solidariteit naar Amsterdam trok. Op zondag 10 november was ze bij het eerste grote protest na het verbod op de Dam. Maar ook in de dagen daarna sprak ze zich uit tegen de genocide in Gaza, en ook tegen het demonstratieverbod. Twee keer stond ze met een wit laken te demonstreren. “Ik heb een wit laken meegenomen omdat ik speechless ben. Onze mond wordt gesnoerd.”
De demonstratie op de Dam
Maar eerst dus die zondag.
“Toen de Israëlische Maccabi-fans op 7 november in Amsterdam enthousiast zongen dat de scholen dicht zijn in Gaza omdat er toch geen kinderen meer zijn, bleek er nauwelijks sprake van verontwaardiging in ons land. Daar schrok ik enorm van. Dat er door de Maccabi-supporters werd geroepen dat Arabieren dood moeten, leek ook geen enkel probleem voor invloedrijke opiniemakers in de media. Politici leken de moslimhaat juist op te voeren voor eigen gewin.
En juist op dit cruciale moment kwam de gemeente Amsterdam met een demonstratieverbod. Terwijl de genocide openlijk bezongen werd in de straten van Amsterdam werd een (te verwachten) tegengeluid verboden. Maar juist in zo’n situatie is een tegengeluid zo ontzettend belangrijk.”
En dus pakte Irene op 10 november vanuit haar woonplaats Ede de trein naar Amsterdam.
“De stad voelde als vanouds, business as usual. Dat voelde heel raar, want dit was totaal niet het eenzijdige en nogal spannende beeld zoals dat werd gepresenteerd in de dagbladen, de talkshows en in het publieke debat.
Ik wist dat er deze dag een demonstratie voor Palestina plaatsvond, maar ik kende niemand van de aanwezigen. Zelf vond ik de Dam ook de perfecte plaats om een protestbord te laten zien na alles wat er in deze stad gebeurd was. Ik zocht de andere demonstranten niet op en liep in mijn eentje over de Dam met mijn bord. Hierop had ik geschreven: ‘Politici en media steunen genocide-verheerlijking’.”
Aangehouden en verhoord
Irene werd als een van de eerste activisten aangehouden.
“Terwijl ik riep dat iedereen vredelievend was, werd ik door een paar politieagenten vastgepakt en hardhandig naar een politiebus getrokken. Ruim zes uur bracht ik door in een politiecel, zonder te weten wat mij te wachten stond. Ik werd verhoord door twee agenten.
Na het verhoor volgende een brief van het OM. Ze wilden mij een strafbeschikking opleggen. In deze brief werd aan mijn schuld niet getwijfeld. Dat zou een boete van meer dan €400,- kunnen betekenen, en dus ook automatisch een strafblad.”
Irene vocht het aan omdat ze het niet eens was met het demonstratieverbod an sich, en ook niet met de manier waarop de politie Amsterdam het demonstratieverbod had gehandhaafd. Het duurde echter even voor er duidelijkheid kwam óf ze nog vervolgd zou worden. En ineens seponeerde het OM de zaak.
Deze zaak is belangrijk voor mij
Maar voor Irene was de zaak hiermee niet volledig opgelost.
“Als ik onschuldig was, waarom werd ik dan geruime tijd behandeld als een schuldige? Ook in mijn persoonlijke omgeving merkte ik dat mensen erg gesteld zijn op het recht en mij zagen als een overtreder hiervan, toen ik vertelde over de arrestatie en de oproep van het OM. Het leidde tot harde discussies met mensen om mij heen. Ik hoop dat de Amsterdamse gemeente lessen trekt uit dit schadelijke demonstratieverbod. Ik hoop ook dat er in de toekomst niet meer zo makkelijk een verbod wordt ingesteld waardoor de vrijheid van meningsuiting wordt beknot.”
Laat je niet gek maken
“Het was heftig. Maar zelf heb ik er veel aan gehad om mijn rechtvaardigheidsgevoel te volgen. Soms voelde het ongemakkelijk; je moet steviger in je schoenen staan om voor rechtvaardigheid op te komen, wanneer er (nog) weinig erkenning is voor de zaak waar je voor strijdt. Maar juist op dat moment is het belangrijk om op te staan voor wat je belangrijk vindt. Het tegenkomen van weerstand van andere partijen hoort erbij. Ik probeer het ongemak te omarmen. Tegelijkertijd probeer ik te voelen wat ik aankan en doe ik wat energie geeft. In mijn geval is dat het maken van videomateriaal en het bedenken van protestborden.”