Iraanse veiligheidstroepen hebben zeker acht mensen gedood toen ze het vuur openden op rouwende mensen en demonstranten in ten minste vier provincies.
© AFP / Anwar Amro

Snel optreden VN nodig in Iran na dood van acht demonstranten binnen 24 uur

Iraanse veiligheidstroepen hebben zeker acht mensen gedood toen ze het vuur openden op rouwende mensen en demonstranten in ten minste vier provincies. Op 26 oktober 2022 eindigde de periode van veertig dagen rouw na de dood van Jina Mahsa Amini, die wordt afgesloten met een samenkomst van familie en vrienden.

‘Alle lidstaten van de VN-Mensenrechtenraad moeten nu snel actie ondernemen en onmiddellijk een speciale zitting bijeenroepen over Iran om verder verlies van mensenlevens te voorkomen’, zegt Heba Morayef van Amnesty International. ‘Zonder resoluut optreden zullen de Iraanse autoriteiten alleen maar verder worden aangemoedigd om met geweld te reageren op rouwenden en demonstranten. Die zullen zich de komende dagen verzamelen tijdens de herdenkingen van de doden die veertig dagen geleden vielen tijdens demonstraties tegen de onderdrukking.’

Jina Mahsa Amini

Op 16 september 2022 overleed Mahsa (Jina) Amini – Jina is haar Koerdische naam die in Iran is verboden. Een aantal dagen eerder werd ze met geweld gearresteerd door de ‘zedenpolitie’ omdat ze zich niet zou hebben gehouden aan de discriminerende verplichte hijab-wetten. Ze werd in een busje door de politie in elkaar geslagen. Drie dagen later overleed ze aan haar verwondingen. Amini’s dood veroorzaakte een schokgolf in Iran. Sindsdien zijn in het hele land protesten die door de Iraanse autoriteiten met dodelijk geweld worden neergeslagen. Amnesty International verzamelde bewijs van het onwettige gebruik van geweld door de veiligheidstroepen, zoals hagel en andere metalen kogeltjes, traangas, waterkanonnen, en wapenstokken.

Ingrijpen VN hard nodig

‘De VN-Mensenrechtenraad moet een onafhankelijke procedure instellen waarmee ze de Iraanse autoriteiten duidelijk maken dat hun misdrijven volgens het internationaal recht niet onopgehelderd of onbestraft blijven. Het voortdurende falen om een ​​dergelijke procedure in te voeren, ondanks het wijdverbreide onwettige vermoorden van demonstranten sinds de landelijke protesten in december 2017 en januari 2018, geeft aan dat dergelijke tragedies in Iran schijnbaar normaal zijn.’

Achtergrond

Op 26 en 27 oktober 2022 intensiveerden de Iraanse veiligheidstroepen het onwettig geweld – onder meer door met scherp te schieten met metalen kogels en traangas – tegen demonstranten en rouwenden die zich hadden verzameld in de provincies Koerdistan, West-Azerbeidzjan, Kermanshah en Lorestan.

Op 26 oktober kwamen duizenden mensen in Saqqez, in de provincie Koerdistan, bijeen ter gelegenheid van de veertigste dag na de dood van Jina Mahsa Amini. De 22-jarige Amini is in Saqqez begraven. Zij overleed op 16 september 2022 in hechtenis. Veiligheidstroepen vuurden metalen kogels en traangas af om de menigte uiteen te drijven, waarbij verschillende mensen gewond raakten.

De Iraanse veiligheidstroepen gebruikten ook vuurwapens tegen demonstranten in Mahabad, in de provincie West-Azerbeidzjan. Daar kwamen duizenden mensen bijeen om te protesteren tegen de moord op Esmail Moloudi, een demonstrant die op 27 oktober 2022 werd doodgeschoten. Als gevolg van het politiegeweld werden een vrouw, Kobra Sheikheh, en twee mannen, Zaniar Aboubekri en Shahou Khezri, gedood.

In de avond van 26 oktober 2022 doodden veiligheidstroepen in de provincie Koerdistan Mohammad Shariati en een nog niet geïdentificeerde man. In Kermanshah werd Afshin Asham tijdens protesten gedood.

Op 26 oktober 2022 riepen VN-experts, onder wie de Speciale Rapporteur voor de Mensenrechtensituatie in Iran, de Mensenrechtenraad op om snel actie te ondernemen en een internationale onderzoekprocedure tegen Iran in te stellen om de autoriteiten verantwoording te laten afleggen en om een ​​einde te maken aan de aanhoudende straffeloosheid voor ernstige mensenrechtenschendingen.

Meer over dit onderwerp