In Egypte neemt de onderdrukking van journalisten alleen maar toe
© KHALED DESOUKI/AFP via Getty Images

Egypte: inlichtingendienst moet stoppen met creëren van angstklimaat voor activisten

De Egyptische Nationale Veiligheidsdienst (NSA), die gespecialiseerd is in het toezicht op aan terrorisme en politiek gerelateerde zaken, maakt steeds meer gebruik van onwettige dagvaardingen en dwingende ondervragingen. Deze komen neer op wrede, onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing.

Ook worden er buitensporige controlemaatregelen tegen mensenrechtenverdedigers en politieke activisten genomen. Door hen lastig te vallen en te intimideren, hopen de autoriteiten hen het zwijgen op te leggen.

Nieuw Amnesty-rapport

Het nieuwe Amnesty-rapport ‘This will only end when you die’ documenteert hoe de NSA deze maatregelen gebruikte om de levens van negentien mannen en zeven vrouwen tussen 2020 en 2021 zuur te maken. De activisten en mensenrechtenverdedigers zeiden dat NSA-agenten hen bij elke dagvaarding regelmatig dreigden te arresteren en te vervolgen, tenzij ze zich lieten verhoren. Ook vielen ze huizen binnen van degenen die niet kwamen opdagen.

Ten minste twintig mensen beschreven hoe ze in constante angst leven omdat de NSA hen belangrijke rechten ontzegde en hen kan oppakken. Als gevolg hiervan zijn velen te bang om hun mening te uiten of deel te nemen aan politieke activiteiten. Sommigen zijn in ballingschap gegaan.

Voortdurende intimidatie door de NSA

‘Deze nieuwe NSA-tactiek van voortdurende intimidatie van activisten, advocaten en medewerkers van maatschappelijke organisaties is er een die levens verwoest’, zegt Philip Luther van Amnesty International. ‘Het verhindert hen om te werken, te reizen en zorgt ervoor dat ze constant bang zijn gearresteerd te worden. De vragen en dreigementen van NSA-functionarissen hebben één duidelijk doel: het onderdrukken van mensenrechten en politiek activisme.’

De maatregelen die de NSA tegen deze activisten nam, zonder dat er een gerechtelijk bevel of rechtsgrond was, vormen een schending van het internationaal recht en ook van de Egyptische grondwet en het Wetboek van Strafvordering.

Indringende ondervragingen

Bij de verhoren vroegen NSA-functionarissen de ondervraagden naar hun mensenrechten- of politieke activiteiten en standpunten en naar hun uitingen op sociale media. Ze werden ook gevraagd naar de activiteiten en operaties van oppositiegroeperingen, politieke bewegingen of mensenrechtenorganisaties waarvan NSA-officieren hun betrokkenheid vermoedden. Ze kregen de opdracht hierover verslag uit te brengen. De ondervraagden mochten zich niet laten bijstaan door advocaten.

Tijdens de verhoren werden de mensen op indringende wijze ondervraagd over hun persoonlijke leven en hun politieke activisme. Ze werden fysiek en psychisch mishandeld op een wijze die kan neerkomen op ‘wrede, onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing’. Ook werden hun telefoons en sociale media-accounts op een ongeoorloofde wijze onderzocht. In de meeste gevallen die Amnesty International documenteerde, mensen die weigerden informatie vrij te geven werden door de NSA bedreigd met gevangenisstraf, marteling en ander lichamelijk letsel tegen hun en hun families. Ze werden na het verhoor ook gewaarschuwd voor het uitoefenen van hun recht op vrije meningsuiting, vereniging of vreedzame vergadering.

Een mensenrechtenverdediger, die in 2020 door de NSA werd gedagvaard, vertelde Amnesty: ‘Hij [NSA-officier] vroeg me naar het werk van de organisatie, de directeur, de financiering en wat ik doe… Hij zei: ”Luister… als ik merk dat je tegen me liegt, zul je de zon nooit meer zien”.’

‘Dubbel gestraft’: buitengerechtelijke maatregelen voor proeftijd

De politie droeg activisten en mensenrechtenverdedigers, die allen maximaal 3 jaar zijn vastgehouden voor het vreedzaam uitoefenen van hun recht op vrijheid van meningsuiting, vergadering of vereniging, op zich regelmatig bij de NSA te melden. Daar werden ze uren of dagen vastgehouden, zonder wettelijke gronden of toezicht van gerechtelijke autoriteiten, en zonder de mogelijkheid om hiertegen in te gaan.

Deze buitengerechtelijke maatregelen, die NSA-functionarissen ’toezicht’ noemen, komen neer op willekeurige vrijheidsberoving. In veel gevallen werden de gedetineerden gemarteld of anderszins mishandeld en werd hun recht op werk en gezinsleven ernstig verstoord.

‘De talloze slachtoffers van de praktijken van de NSA zijn niet in staat een normaal en veilig leven te leiden door de impact van voortdurende intimidatie en de dreiging van gevangenisstraf. Activisten worden dubbel gestraft voor hun legitieme activisme, omdat ze al eerder aan willekeurige detentie zijn onderworpen. De Egyptische president Abdel Fattah al-Sisi en de minister van Binnenlandse Zaken moeten een einde maken aan deze buitengerechtelijke intimidatie van mensenrechtenverdedigers en activisten’, zegt Philip Luther.

Geen normaal leven meer

Het is onmogelijk om te bepalen hoeveel mensen door de NSA in de gaten worden gehouden, aangezien dit gebeurt zonder gerechtelijk bevel en er geen officiële schriftelijke gegevens beschikbaar zijn. Advocaten met wie Amnesty International sprak, vertelden dat veel van hun cliënten al in 2015 werden vrijgelaten, maar vanaf 2017 in toenemende mate aan deze praktijken werden onderworpen.

In strijd met internationaal recht

Het internationaal recht, de Egyptische grondwet en het wetboek van strafrecht verbieden allemaal marteling en andere vormen van mishandeling, evenals willekeurige of onwettige inmenging in iemands privacy, familie, huis of correspondentie.

Volgens het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke rechten, waarbij Egypte partij is, mag niemand worden onderworpen aan willekeurige arrestatie of detentie en mag niemand van zijn of haar vrijheid worden beroofd, behalve op gronden en procedures die in de wet zijn vastgelegd. Mensen die worden vastgehouden, moeten onmiddellijk worden geïnformeerd over de reden van hun detentie en voor een rechter worden gebracht. Ze moeten ook de rechtmatigheid van hun detentie kunnen betwisten en op de hoogte worden gebracht van hun rechten, waaronder het zwijgrecht.

Geen mogelijkheid om in beroep te gaan

Slachtoffers ontdekten dat er geen juridische mogelijkheden waren om deze maatregelen aan te vechten, misbruik te melden of gerechtigheid te zoeken. Hierdoor werden NSA-functionarissen boven het rechtssysteem geplaatst. De slachtoffers durfden geen klachten in te dienen bij de openbare aanklagers en evenmin om hun ervaring publiekelijk aan de kaak te stellen uit angst voor represailles door NSA-agenten. Geïnterviewden vertelden Amnesty herhaaldelijk dat de agenten met veel zelfvertrouwen handelden en opschepten dat hun acties geen gevolgen zouden hebben.

Een vrouwelijke activiste vertelde Amnesty dat ze seksueel werd lastiggevallen door een politieagent: ‘Toen ik een klacht wilde indienen tegen de agent die mij seksueel lastigviel, kreeg ik te horen “Hoe bedoel je dat je een klacht wilt indienen? Wil je terug naar de gevangenis?” Een klacht indienen is hier niet aan de orde.’

Amnesty’s oproep

‘Dit is het zoveelste voorbeeld van de wijze waarop NSA-officieren hun bevoegdheden misbruiken en schaamteloos vrijheden en fundamentele mensenrechten ontkennen. Straffeloosheid voor de schendingen van de NSA, laten zien dat er geen politieke wil is om een einde te maken aan dit misbruik. Om deze reden roept Amnesty International de leden van de VN-Mensenrechtenraad op om dringend de oprichting van een monitoring- en rapportagemechanisme over Egypte te steunen’, zegt Luther.

Amnesty International heeft eerder gedocumenteerd dat officieren van justitie systematisch faalden om beschuldigingen van marteling en gedwongen verdwijningen door de NSA te onderzoeken. Hetzelfde geldt voor de rol van NSA-functionarissen bij het willekeurig vasthouden van activisten en mensenrechtenverdedigers wat uitsluitend gebeurt op basis van geheime NSA-onderzoekdossiers.

Amnesty International roept de openbare aanklager op om grondig en onafhankelijk onderzoek te starten naar de misbruikpraktijken van de NSA. De verantwoordelijken moeten onmiddellijk ter verantwoording worden geroepen, ongeacht rang, status of positie. President Abdel Fattah al-Sisi zou de minister van Binnenlandse Zaken moeten instrueren om onmiddellijk een einde te maken aan de buitengerechtelijke intimidatie en het dagvaarden van mensenrechtenverdedigers en andere activisten. De minister moet deze praktijk publiekelijk aan de kaak stellen.

 

Meer over dit onderwerp