
Vredesakkoord DRC en Rwanda negeert ernstige schendingen in oostelijk DRC
In het recente vredesakkoord dat de Democratische Republiek Congo (DRC) en Rwanda sloten wordt geen aandacht besteed aan gerechtigheid voor slachtoffers van ernstige misdrijven; het akkoord bevat geen bepalingen over het ter verantwoording roepen van de daders.
“Zonder de straffeloosheid voor de vreselijke misdrijven in oostelijk DRC te adresseren, mist deze overeenkomst een kans om een lang bestaande oorzaak van dit conflict aan te pakken”, zegt Agnès Callamard, de secretaris-generaal van Amnesty International.
“Als mensenrechtenschenders niet ter verantwoording worden geroepen, leidt dit tot een vicieuze cirkel van schendingen waarvoor burgers de prijs betalen. Om duurzame veiligheid te bereiken, moet dit stoppen.”
Gevechten gaan door
Op 27 juni werd de vredesovereenkomst tussen de DRC en Rwanda ondertekend in Washington, Verenigde Staten. Sindsdien heeft Amnesty International geloofwaardige berichten ontvangen over gevechten tussen de door Rwanda gesteunde March 23 Movement (M23) en gewapende Wazalendo-groepen – waarvan veel worden gesteund door het leger van Congo. Er zouden gevechten plaatsvinden in de provincies Noord en Zuid Kivu en burgers zouden om het leven zijn gekomen.
Daarnaast blijft M23 jonge mannen ontvoeren en hen naar onbekende locaties overbrengen. M23 is in onderhandeling met de regering van DRC in een apart bemiddelingsproces geleid door Qatar, en geeft aan op de hoogte te zijn van het door de VS-gefaciliteerde vredesakkoord, maar geeft ook aan dat dit hen niet betrof.
Rwanda en de DRC moeten M23 en de Wazalendo-groepen oproepen om de bescherming van burgers als prioriteit te stellen.
“De mensen van oostelijk Congo zagen hun hoop op gerechtigheid en veiligheid de afgelopen 25 jaar toenemen en weer worden afgenomen door de vele vredesakkoorden die werden getekend en geschonden. De DRC en Rwanda zijn het de bevolking van oostelijk Congo verschuldigd om de gewapende groepen die zij steunen en waarmee ze samenwerken aan te moedigen om burgers en het internationaal oorlogsrecht te respecteren.”
Achtergrond
De mensenrechtensituatie in de oostelijke DRC is verslechterd sinds de door Rwanda gesteunde M23-strijders in november 2021 het land binnenvielen en grote gebieden in de provincies Noord en Zuid Kivu veroverden.
Op 27 januari 2025 verklaarde M23 dat het Goma had ingenomen, nadat bewoners waren gevlucht naar andere delen van de DRC of buurlanden. Op 16 februari nam M23 Bukavu in, een belangrijke handelsstad en hoofdstad van de provincie Zuid Kivu. De VN bevestigde gevallen van het willekeurig doden van mensen en had berichten ontvangen over “willekeurige arrestaties en detenties, vernederende behandeling en gedwongen terugkeer van Congolese jonge mannen die geweld ontvluchten in buurlanden.”
Amnesty International berichtte over hoe de M23 gevangenen doodde, martelde en liet ‘verdwijnen’; hoe ze sommige gevangenen als gegijzelde vasthield in onmenselijke omstandigheden in dententiecentra in Goma en Bukavu. Deze handelingen zijn mogelijke oorlogsmisdrijven.
De Wazalendo is een losse coalitie van gewapende groepen die tegen de M23 vechten en worden ondersteund door het Congolese leger. De VN en andere mensenrechtenorganisaties hebben mensenrechtenschendingen door de Wazalendo gedocumenteerd.