Sinds de Chinese president Xi Jinping eind 2012 aan de macht kwam, worden mensenrechtenverdedigers steeds meer tegengewerkt.
© Lintao Zhang/Getty Images

China moet zich aan de regels houden

China onderschrijft de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en heeft de mensenrechten in het algemeen, en de vrijheid van meningsuiting in het bijzonder, in zijn rechtssysteem opgenomen. China onderschrijft ook het Olympisch Handvest, dat specifiek aandacht heeft voor de vrijheid van meningsuiting.

De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens

De vrijheid van meningsuiting wordt beschermd in artikel 19 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens van de Verenigde Naties, waarin staat: ‘Iedereen heeft recht op vrijheid van mening en meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid om zonder inmenging een mening te koesteren en om door alle middelen en ongeacht grenzen inlichtingen en denkbeelden op te sporen, te ontvangen en door te geven.’ Het recht betekent dat je voor je mening mag uitkomen en dat je overal informatie mag verzamelen. Vrijheid van meningsuiting is nauw verbonden met andere mensenrechten, zoals het recht op vrijheid van vereniging en vrijheid van gedachte, geweten en godsdienst.

De Chinese wet

China onderschrijft de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Bovendien is China partij bij en gebonden aan zes VN-mensenrechtenverdragen (waaronder verdragen over economische, sociale en culturele rechten, de rechten van het kind, de uitbanning van rassendiscriminatie, discriminatie van vrouwen en marteling). China is nog geen partij bij het Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke rechten, maar het heeft het verdrag in 1998 wel ondertekend en is dus volgens het internationaal recht verplicht om te goeder trouw te handelen en de doelstellingen van dit verdrag niet te ondermijnen.

China heeft de mensenrechten in het algemeen, en de vrijheid van meningsuiting in het bijzonder, in zijn rechtssysteem opgenomen. Artikel 33 van de Chinese grondwet geeft aan dat de Chinese staat de mensenrechten ‘respecteert en behoudt’, en artikel 35 zegt dat alle Chinese burgers vrijheid van meningsuiting, pers, vergadering, vereniging, processie en demonstratie hebben.

Het Olympisch Handvest

Het recht op vrijheid van meningsuiting is bijzonder belangrijk in de context van de Olympische Spelen. Het Olympisch Handvest verankert algemene mensenrechtenideeën waarbij het oproept tot ‘respect voor universele fundamentele ethische principes’ (principe 1) en het ‘behoud van de menselijke waardigheid’ (principe 2). Verder besteedt het specifiek aandacht aan de vrijheid van meningsuiting, en in het bijzonder de mediavrijheden. Regel 48 van het Olympisch Handvest geeft aan dat het Internationaal Olympisch Comité alle noodzakelijke stappen onderneemt om ervoor te zorgen dat over de Olympische Spelen zo volledig mogelijk wordt bericht door de verschillende media voor een zo breed mogelijk publiek.

Wat leerden de Olympisch Spelen van 2008 in Beijing ons?

In de aanloop naar de Olympische Spelen van 2008 leek de Chinese regering bereid te zijn om de vrije meningsuiting beter te beschermen, en dan met name de mediavrijheid. China beloofde dat er tot en met de Spelen van 2008 geen mediabeperkingen zouden zijn. De regering voerde in 2007 een nieuwe tijdelijke regeling voor buitenlandse journalisten in. Buitenlandse journalisten hadden geen toestemming van lokale autoriteiten meer nodig voor onderzoek en interviews. Ook stond de nieuwe regeling hen toe vrij te reizen. Bovendien gaf de Chinese regering aan dat deze verruimde vrijheid voor buitenlandse journalisten zich niet beperkte tot de verslaggeving over de Spelen zelf, maar ook was uitgebreid tot berichtgeving over ‘aanverwante zaken’ zoals politiek en economie. Na de Spelen van 2008 werden de tijdelijke regels permanent gemaakt.

Vuurwerk tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Beijing in 2008.
© China Photos/Getty Images
Vuurwerk tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Beijing in 2008.

Amnesty International meldde echter dat buitenlandse journalisten in 2007 en 2008 nog steeds werden belemmerd in hun werkzaamheden. In de jaren daarna verbeterde de situatie voor buitenlandse journalisten niet. Organisaties zoals de Foreign Correspondents Club of China (FCCC) documenteerden hoe de Chinese regering steeds verder kwam te staan van haar Olympische beloften. Het coronajaar 2020 was bijzonder zwaar voor buitenlandse journalisten in China.

Voor Chinese journalisten, evenals voor de Chinese bevolking, was er geen merkbare vooruitgang wat betreft de bescherming van hun vrijheid van meningsuiting rond de Olympische Spelen van 2008. In de aanloop naar de Spelen signaleerde Amnesty tal van geblokkeerde of verboden websites in China; het opsluiten van internetgebruikers na oneerlijke processen; en de intimidatie, arrestatie en veroordeling van journalisten die rapporteerden over politiek gevoelige zaken.

Bovendien werden mensenrechtenverdedigers vervolgd en gevangengezet na politiek gemotiveerde processen. Breed gedefinieerde misdrijven, zoals ‘subversie’ en ‘het lekken van staatsgeheimen’, werden gebruikt om mensen te vervolgen die zich inzetten voor de mensenrechten. Tijdens de Spelen zelf opende de Chinese regering bij uitzondering speciale protestzones in parken rond Beijing. Geen enkele aanvrager slaagde er echter in een protestvergunning te krijgen, en sommige activisten werden zelfs gestraft voor het aanvragen van zo’n vergunning.

Een van de weinige positieve maatregelen was het deblokkeren van verschillende internationale websites tijdens de Olympische Spelen (inclusief de website van Amnesty International) op bepaalde plaatsen, waaronder mediacentra.

Chinese garanties voor de Olympische Spelen van 2022

De Chinese autoriteiten deden schriftelijke toezeggingen aan het Internationaal Olympisch Comité (IOC) met betrekking tot ‘mensenrechten, het recht om te demonstreren, de vrijheid voor de media om verslag uit te brengen over de Spelen zonder internetbeperkingen, arbeidsrechten, verplaatsingen en milieubescherming’. De Chinese regering verzekerde dat er speciale protestzones zouden komen die tijdens de Spelen gebruikt kunnen worden. De regering gaf verder specifiek aan dat media onbeperkte internettoegang en vrijheid van verslaggeving zouden hebben, wat ook is opgenomen in artikel 53 van het Host City Contract van de Olympische Winterspelen 2022.

China moet zich aan de regels houden

In de aanloop naar de Olympische Spelen van 2022 moet de internationale gemeenschap er bij de Chinese regering op aandringen haar oprechte en blijvende inzet te tonen voor een betere bescherming van de vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van vergadering en andere mensenrechten. Met onze huidige campagne dringen we er bij de Chinese regering op aan om Zhang Zhan, Ilham Tohti, Li Qiaochu, Gao Zhisheng en Rinchen Tsultrim vrij te laten. Deze mensen zijn allemaal vastgezet of verdwenen omdat ze gebruik maakten van hun mensenrechten op vrije meningsuiting. Hun onmiddellijke vrijlating is belangrijk als een eerste en publieke stap voor de Chinese regering om zich oprecht te verbinden aan een betere bescherming van de mensenrechten van iedereen in China, in overeenstemming met de internationale mensenrechtennormen en het Olympisch Handvest.

In lijn met hun Olympische beloften, roepen we de Chinese autoriteiten tevens op om te zorgen voor volledige mediavrijheid, inclusief onbeperkte internettoegang, voor zowel Chinese als internationale journalisten, in alle delen van China en voor en tijdens de Olympische Spelen; en om ervoor zorgen dat er echte mogelijkheden zijn voor vreedzame demonstraties tijdens de Olympische Spelen en dat er geen straf wordt opgelegd aan personen die deze kansen aangrijpen.