PG (38) uit Nepal verloor zijn been bij een arbeidsongeval in Saudi-Arabië. Zijn werkgever gaf hem geen compensatie.
© Amnesty International

Arbeidsmigranten

Hoewel de situatie voor arbeidsmigranten in Saudi-Arabië de laatste tijd verbeterd is, zijn de arbeidsomstandigheden voor buitenlandse werknemers nog steeds slecht. Het neo-feodale kafala-systeem is daar debet aan.

In Saudi-Arabië werken zo’n 10 miljoen arbeidsmigranten, voornamelijk uit Azië en Afrika. Zoals in meer Golfstaten hanteert Saudi-Arabië het kafala-systeem. Dit vereist dat arbeidsmigranten een lokale sponsor hebben – de kafeel – die zorgt voor de toestemming om het land binnen te komen en weer te verlaten, en voor de verblijfs- en werkvergunning. De arbeidsomstandigheden zijn voor buitenlandse werknemers slecht. Vaak wordt het paspoort ingenomen, wordt loon te laat uitbetaald en moeten ze dwangarbeid verrichten. De kafeel heeft buitensporig veel macht over zijn werknemers en in feite zijn de arbeidsmigranten overgeleverd aan de grillen van hun werkgevers.

Hervormingen

In maart 2021 werden hervormingen doorgevoerd. Hierdoor hebben arbeidsmigranten niet langer de toestemming van hun werkgever nodig wanneer ze van baan willen wisselen. Ook kunnen ze nu een uitreisvergunning aanvragen zonder toestemming van de werkgever, maar de uitreisvergunning is niet afgeschaft. Maar het kafala-systeem blijft bestaan. Bovendien gelden de hervormingen vooralsnog niet voor de bijna 4 miljoen huishoudelijke hulpen, die niet onder de arbeidswet vallen. En juist deze groep is het minst beschermd en het meest kwetsbaar voor misbruik.

Sterk afhankelijk van werkgevers

Arbeidsmigranten – en hun gezinsleden – zijn nog steeds van hun werkgevers afhankelijk die verantwoordelijk zijn voor het aanvragen, verlengen en annuleren van hun verblijfs- en werkvergunningen. Werknemers kunnen zonder papieren komen te zitten als werkgevers dit nalaten. Arbeidsmigranten hebben ook nog steeds de toestemming van hun werkgever nodig om van baan te veranderen als ze hun contract niet hebben beëindigd of minder dan een jaar hebben gewerkt.

Bovendien kan het paspoort nog steeds worden ingenomen, moeten nog steeds hoge wervingskosten worden betaald en wordt het werknemers verboden om lid te worden van vakbonden of te staken.