Protesten in Hongkong
© Jimmy Lam everydayaphoto

Hongkong: ontbinding docentenvakbond toont toenemende onderdrukking van onafhankelijke arbeidsorganisaties

De Hong Kong Professional Teachers’ Union (HKPTU) heeft vanwege de ‘enorme druk’ van de autoriteiten besloten zichzelf op te heffen.

Er heerst in Hongkong een klimaat van toenemende vijandigheid waarvoor zowel de regering van Hongkong als de centrale Chinese regering verantwoordelijk zijn. ‘De snelle ondergang van de grootste docentenvakbond van Hongkong illustreert de mate van angst die de onderwijssector en het bredere maatschappelijk middenveld voelen door het harde optreden tegen iedereen die een afwijkende mening heeft’, zegt Joshua Rosenzweig van Amnesty International.

Bewuste campagne tegen vakbond

De docentenvakbond bestaat al 48 jaar en vertegenwoordigt meer dan 90 procent van de docenten in Hongkong. De bond had blijkbaar geen andere keuze dan zijn activiteiten te staken, nadat de onderwijsautoriteiten vorige maand de banden hadden verbroken. Dat gebeurde op een moment dat gedreigd werd met onderzoeken naar de ‘nationale veiligheid’ en er in Chinese staatsmedia een lastercampagne tegen de vakbond werd gevoerd.

Maatschappelijke groepen aan de beurt

Na de politieke oppositie effectief te hebben geneutraliseerd, lijken de autoriteiten van Hongkong en China nu te proberen om maatschappelijke groepen met een sterk mobiliserend vermogen uit te wissen – een zorgwekkende ontwikkeling voor andere vakbonden die nog in de stad actief zijn.

‘Deze aanval op de HKPTU benadrukt ook de snel krimpende ruimte voor vrijheid van meningsuiting op scholen en universiteiten van Hongkong. De Hongkongse onderwijsinstellingen mogen geen doelwit zijn alleen maar omdat ze academische vrijheid bevorderen’, zegt Rozenzweig.

Achtergrond

De HKPTU kondigde aan dat het haar werkzaamheden zal stopzetten vanwege de ‘enorme druk’ en omdat het niet in staat is ‘de crisis op te lossen waarmee het wordt geconfronteerd’.

Op 31 juli 2021 maakte het Onderwijsbureau van Hongkong bekend dat het de samenwerking met de HKPTU zou beëindigen en beschuldigde de bond van ‘het verspreiden van politieke propaganda’. Uren eerder was de HKPTU in artikelen in Chinese staatsmedia aangevallen, waarbij in één artikel de organisatie werd beschreven als een ‘kwaadaardige tumor’ die moet worden ‘uitgeroeid’.

Sinds de inwerkingtreding van de nationale veiligheidswet heeft de regering van Hongkong in hoog tempo critici op scholen het zwijgen opgelegd. Het Onderwijsbureau verbood alle vreedzame uitingen van politieke opvattingen en activiteiten die het politiek gemotiveerd acht. Het weerde leraren van school omdat ze discussies over de vrijheid van meningsuiting mogelijk maakten. In november 2020 arresteerde de politie drie studenten op grond van de nationale veiligheidswet nadat ze zich hadden aangesloten bij een vreedzaam protest op een universiteitscampus. In juli 2020 werden vier studentenactivisten gearresteerd vanwege het ‘aanzetten tot afscheiding’. Volgens de nieuwe nationale veiligheidswet is dit verboden.

Sinds de protesten van de pro-democratische Umbrella Movement in 2014 zijn politieke partijen, vakbonden, onderwijsinstellingen, media, maatschappelijke organisaties en anderen steeds vaker aangevallen en beschuldigd van het overschrijden van de ‘rode lijn’ van ‘het in gevaar brengen van China’s soevereiniteit of veiligheid’. Dit leidde tot een sfeer van censuur en zelfcensuur. Dit proces is enorm versneld sinds de nationale veiligheidswet in juni 2020 van kracht werd.

Meer over dit onderwerp