
Twee maanden onmenselijke belegering verder bewijs van Israëls genocidale intentie in Gaza
Israël moet de verwoestende belegering van de bezette Gazastrook onmiddellijk beëindigen. Dit is een genocidale handeling en een duidelijke vorm van onwettige collectieve bestraffing. Uithongering van burgers als methode van oorlogsvoering is een oorlogsmisdrijf. Dat zegt Amnesty International twee maanden na het Israelische verbod op toevoer van hulp en commerciële goederen naar de Gazastrook.
Door het blokkeren van de toegang van belangrijke voorraden voor het overleven van de bevolking, zet Israël zijn beleid voort van het opzettelijk opleggen van levensomstandigheden aan de Palestijnen in Gaza, bedoeld om hun fysieke vernietiging teweeg te brengen; dit vormt een onderdeel van genocide.
Amnesty International verzamelde schokkende nieuwe getuigenissen in april, die het catastrofale menselijke leed laten zien van de twee maanden durende belegering door Israël. Uithongering en het onthouden van levensreddende essentiële producten worden gebruikt als oorlogswapen in een overduidelijke schending van het internationaal recht.
“De omvang van het menselijke leed in Gaza de afgelopen 19 maanden is onvoorstelbaar, en is een direct gevolg van de voortdurende genocide door Israël”, zegt Erika Guevara Rosas van Amnesty International. “Afgezien van een korte pauze tijdens de tijdelijke wapenstilstand, heeft Israël Gaza veranderd in een inferno van dood en vernietiging.”
“De afgelopen twee maanden heeft Israël de toevoer van humanitaire hulp en andere zaken die van levensbelang zijn voor burgers compleet afgesloten, in een duidelijke en berekenende poging om meer dan twee miljoen burgers collectief te straffen en Gaza onleefbaar te maken. Dit is genocide in actie.”
“De internationale gemeenschap mag niet blijven toekijken terwijl Israël straffeloos deze schendingen begaat. Staten, vooral de bondgenoten van Israël, moeten nu in actie komen en concrete maatregelen nemen om Israël onder druk te zetten om deze totale belegering onmiddellijk op te heffen. Humanitaire hulp moet ongehinderd en veilig in heel Gaza geleverd kunnen worden. Een langdurige wapenstilstand is hiervoor essentieel.”
Internationaal Gerechtshof
Het Internationaal Gerechtshof (ICJ) houdt deze week in Den Haag openbare zittingen om de verplichtingen van Israël te onderzoeken in relatie tot de aanwezigheid en activiteiten van de Verenigde Naties (UN) en andere internationale organisaties in het Bezette Palestijnse Gebied (OPT), waaronder ook de levering van humanitaire hulp. Amnesty Internationaal herhaalt haar oproep om UNRWA, en ook andere VN-agentschappen en humanitaire organisaties toegang te geven om hun levensreddende werk in het Palestijns bezet Gebied ongehinderd te kunnen uitvoeren.
Met de weigering van om hulp toe te laten tot Gaza negeert Israël ook herhaaldelijke bevelen van het ICJ om te zorgen dat Palestijnen toegang hebben tot voldoende humanitaire hulp en basisvoorzieningen.
‘Ik wil niet dat mijn kind met honger sterft’
Amnesty International interviewde 35 intern ontheemde mensen die onderdak zochten in Gaza Stad en zes bewoners van Beit Lahia. Deze verhalen schetsen een akelig beeld van een bevolking op de rand van de afgrond.
Naast het blokkeren van alle hulp, sloot Israël ook de belangrijkste drinkwaterfabriek in Gaza op 9 maart, wat de toegang tot schoon drinkwater verder beperkt heeft. De fabriek was de enige faciliteit in Gaza die in november 2024 weer werd aangesloten op het Israëlische elektriciteitsnetwerk, na de volledige afsluiting van de elektriciteit op 11 oktober 2023.
Op 18 maart begon Israël weer met het uitvoeren van aanvallen, wat een einde betekende van de wapenstilstand. Ten minste 2.325 mensen kwamen sindsdien om het leven, onder wie 820 kinderen, en er bleef weinig hoop over voor de Palestijnen in Gaza.
“We dachten dat we eindelijk een kans zouden hebben om in vrede te rouwen om onze doden, om de mensen te begraven die we niet konden begraven en te beginnen met leven”, vertelde een bewoner aan Amnesty International.
“De omstandigheden waren heel zwaar, maar we konden tenminste beginnen met plannen voor iets anders dan de dood.”
Er zijn nu uitgebreide “evacuatie”-bevelen en no-go-zones in bijna 70 procent van de Gazastrook. Mensen worden hierdoor gedwongen om achter te laten wat ze nog hebben aan schaarse middelen, zoals de toegang tot levensonderhoud voor boeren en vissers.
Dit leidt tot onomkeerbare schade aan de Palestijnse bevolking. Door de torenhoge prijzen van vis en vlees zijn erg duur geworden, lijden veel families honger.
Een visser beschreef de risico’s die hij moet nemen op zee en de kans die hij loopt beschoten te worden door het Israëlische leger:
“Als ik ga vissen, weet ik dat ik grote kans loop dat ik niet terugkeer naar mijn familie… maar we hebben geen andere optie. Het overleven van mijn familie hangt af van het geld dat we kunnen krijgen met de verkoop van vis op de markt – en dat kan je je leven kosten.”
Het grote gebrek aan voedsel wordt verergerd door mensen die voedsel hamsteren of voorraden plunderen en deze voorraden tegen hoge prijzen verkopen. De commissie die mensen moeten betalen om geld op te nemen kan oplopen tot 30 procent. De meeste Palestijnen in Gaza zijn nu afhankelijk van overvolle gemeenschapskeukens, waar ontheemde mensen uren moeten wachten voor soms slechts één maaltijd per dag.
“We vragen niet of het eten voedzaam is of niet, of het vers of goed is; dat is een luxe, we willen alleen de buiken van onze kinderen vullen. Ik wil niet dat mijn kind met honger sterft”, vertelde een ouder.
Grote tekorten aan voedsel en water
De lokale autoriteiten in Gaza zijn er niet in geslaagd – niet tijdens het conflict en ook niet tijdens de wapenstilstand – om een einde te maken aan deze uitbuiting. Hun gebrek aan respect voor burgers heeft geleid tot honderden demonstranten in Gaza, vooral in Beit Lahia, die de afgelopen weken de straat op gingen en het aftreden van Hamas eisten.
De crisis heeft een bijzonder grote impact op kinderen en zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven. Volgens de OCHA krijgt 92 procent van de kinderen in de leeftijd tussen de 6 en 23 maanden en zwangere en borstvoeding gevende vrouwen niet de benodigde voedingsstoffen.
De waterschaarste is nu zo kritiek geworden dat sommige mensen zich gedwongen zien zeewater te drinken. De toegang tot schoon drinkwater is ernstig beperkt door de beschadigde infrastructuur en een gebrek aan brandstof. Bewoners in Beit Lahia vertelden dat ze al vijf dagen geen water hadden voor huishoudelijk gebruik.
“Ik werd wakker met dorst, en kon zelfs niet spreken”, vertelde een bewoner. “Als we ook maar een paar flessen drinkwater wilden hebben, moest ik mijn zoon sturen om uren in de rij te staan, en hij moest dan een lange afstand lopen. Met de bombardementen en het gevaar overal, weet je het gewoon niet. Je kunt je kind erop uit sturen om water te halen en hij kan in een lijkzak terugkomen. Zo is iedere dag hier.”
Het gebrek aan gas en hout om mee te koken, dwingt mensen om gevaarlijke materialen te verbranden, zoals afval en nylon om te koken en zich warm te houden. Dit veroorzaakt veel ademhalingsziektes, vooral onder vrouwen, die vaak het vuur om te koken maken.
Ingestort gezondheidssysteem in Gaza
De aanvallen van het Israëlische leger en de blokkade van humanitaire hulp hebben ervoor gezorgd dat het gezondheidssysteem in Gaza vrijwel geheel is ingestort. Artsen in het Al-Rantissi kinderziekenhuis in Gaza Stad, dat tijdens de wapenstilstand weer open kon, melden kritieke tekorten van essentiële medische voorraden en apparatuur.
“Wij zijn het enige ziekenhuis in Gaza dat dialyses voor kinderen biedt…na de belegering kregen we tekorten, onder andere aan middelen die artsen nodig hebben om patiënten voor te bereiden op dialyse-behandelingen”, vertelde een arts.
“We merken ook de impact van honger op de kinderen die hier komen om behandeld te worden: ze vervagen…je adviseert de ouder om het kind speciale aandacht te geven, speciaal voedsel, en je weet dat jouw advies onmogelijk is.”
Een andere arts vertelde over het groeiende aantal zwaar ondervoede kinderen, onder wie ook baby’s die geen melkpoeder krijgen, en een groot tekort aan levensreddende medicijnen zoals insuline.
Amnesty International is tegen alle pogingen om hulp in te zetten als wapen, als middel om mensen te dwingen te verhuizen, of om discriminerende zones in te stellen voor de distributie van hulpgoederen. Al deze zaken schenden het internationaal recht.
Staten moeten in actie komen
“Het walgelijke falen van derde staten om hun wettelijke verantwoordelijkheid na te leven om de genocide van Israël in Gaza te voorkomen en te stoppen, en ook hun plicht om het internationale oorlogsrecht te respecteren in het Bezette Palestijnse Gebied, is pijnlijk. Tientallen jaren van passiviteit van deze staten zorgt ervoor dat Israël wegkomt met straffeloosheid voor de voortdurende schendingen, en nu een enorme hoeveelheid dood, vernietiging en lijden veroorzaakt voor de Palestijnen”, zegt Erika Guevara Rosas van Amnesty International.
“Staten moeten in actie komen om de schendingen van Israël tegen de Palestijnen politiek, diplomatiek en economisch onmogelijk te maken – de belegering van Gaza moet nu stoppen. Ze moeten een uitgebreid wapenembargo instellen voor Israël en het Internationale Strafhof volledig steunen en met het Hof samenwerken.”
Achtergrond
Sinds juni 2007 is er een door de Israëlische autoriteiten ingestelde illegale blokkade over land, zee en lucht in Gaza. Ze controleren daarmee praktisch de hele Gazastrook en ontnemen bewoners hun basisrechten. Deze blokkade heeft Palestijnen in Gaza geïsoleerd van de rest van het Bezette Palestijnse Gebied, en houdt het Israëlische apartheidssysteem in stand.
Meteen na de door Hamas geleide aanvallen van 7 oktober, stelde Israël een volledige belegering in van Gaza, die bijna twee weken duurde. Zelfs nadat Israël onder druk was gezet om deze totale belegering op te heffen, houden de verstikkende beperkingen aan op de levering van hulp naar Gaza.