© AFP or licensors

EU mogelijk medeplichtig aan ernstige schendingen tegen vluchtelingen en migranten in Tunesië

Tunesië bouwt de bescherming van vluchtelingen, asielzoekers en migranten de afgelopen drie jaar steeds verder af – met name voor zwarte mensen. Er vindt een gevaarlijke verschuiving plaats van racistisch politieoptreden en wijdverbreide mensenrechtenschendingen. Ondertussen werken de EU en Tunesië samen aan migratiecontrole, zonder de mensenrechten te waarborgen.

Hierdoor loopt de EU een groot risico op medeplichtigheid aan mensenrechtenschendingen. In het nieuwe rapport, ‘Nobody Hears You When You Scream’: Dangerous Shift in Tunisia’s Migration Policy, documenteert Amnesty International talloze mensenrechtenschending die worden aangewakkerd door racistische retoriek vanuit de overheid. Mensen worden gearresteerd en gedetineerd op puur racistische gronden. Vluchtelingen en migranten zijn gemarteld en op andere manieren mishandeld, waaronder met verkrachting en seksueel geweld. Tienduizenden vluchtelingen en migranten zijn collectief uitgezet naar Algerije en Libië en er waren roekeloze onderscheppingen op zee. Tegen het maatschappelijk middenveld dat cruciale hulp biedt, wordt tegelijkertijd hard opgetreden.
In juni 2024 beëindigden de Tunesische autoriteiten de rol van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR bij de behandeling van asielaanvragen. Daarmee verdween de enige mogelijkheid om asiel aan te vragen in het land.

“De Tunesische autoriteiten staan gruwelijke mensenrechtenschendingen toe en wakkeren vreemdelingenhaat aan. Tegelijk ondermijnen ze keer op keer de bescherming van vluchtelingen,” aldus Heba Morayef van Amnesty International. “Dit moet onmiddellijk stoppen, de Tunesische autoriteiten moeten een einde maken aan de racistische opruiing en de levensbedreigende collectieve uitzettingen. Ze moeten het recht op asiel beschermen en niemand uitzetten naar plaatsen waar zij gevaar lopen op ernstige mensenrechtenschendingen. Ngo-medewerkers en mensenrechtenverdedigers die vastzitten omdat ze vluchtelingen en migranten hielpen, moeten onvoorwaardelijk worden vrijgelaten.”

“De EU moet alle hulp opschorten aan migratie- en grenscontroles die mensen in Tunesië vasthoudt. De financiering van veiligheidstroepen of andere instanties die verantwoordelijk zijn voor de schendingen, moet worden gestopt. In plaats van prioriteit te geven aan het in bedwang houden van mensen en het aanwakkeren van schendingen, moet de samenwerking tussen de EU en Tunesië zich richten op het waarborgen van adequate bescherming en asielprocedures. Om medeplichtigheid te voorkomen, moeten er duidelijke, afdwingbare mensenrechtencriteria worden vastgelegd.”

Amnesty International deed onderzoek tussen februari 2023 en juni 2025. Daarbij werden 128 vluchtelingen en migranten geïnterviewd uit bijna twintig landen (92 mannen, 28 vrouwen, 8 kinderen van 16-17 jaar) in Tunis, Sfax en Zarzis. Amnesty bestudeerde daarnaast bronnen van de VN, media en het maatschappelijk middenveld, evenals officiële pagina’s van lokale Tunesische autoriteiten. Voor publicatie deelde Amnesty haar bevindingen met de Tunesische, Europese en Libische autoriteiten; geen van hen reageerde voor publicatie.

Een crisis aangewakkerd door racistische retoriek

Getuigenissen laten zien dat het migratie- en asielsysteem van Tunesië niet is ontworpen om te beschermen, maar om uit te sluiten en te straffen. Minstens zestig van de geïnterviewden – onder wie drie kinderen, twee vluchtelingen en vijf asielzoekers – werden willekeurig gearresteerd en vastgehouden. Zwarte vluchtelingen en migranten werden doelwit van systematisch etnisch profileren en herhaalde golven van racistisch geweld door individuen en veiligheidsdiensten. Dit werd aangewakkerd door openlijk racistische uitlatingen. Te beginnen met uitspraken van president Kais Saied in februari 2023, die sindsdien door andere functionarissen en parlementsleden worden herhaald.

De situatie is verergerd door repressieve maatregelen tegen ten minste zes ngo’s die essentiële steun boden aan vluchtelingen en migranten. Dit had ernstige humanitaire gevolgen en leidde tot een groot tekort aan bescherming. Sinds mei 2024 houden de autoriteiten minstens acht ngo-medewerkers willekeurig vast, net als twee voormalige lokale functionarissen die met hen samenwerkten. De volgende zitting in het proces tegen medewerkers van een van deze organisaties, de Tunesische Vluchtelingenraad, is op 24 november.

‘We zagen hen verdrinken’

Amnesty International onderzocht 24 onderscheppingen op zee en sprak 25 vluchtelingen en migranten die levensgevaarlijk, roekeloos en gewelddadig gedrag van de Tunesische kustwacht beschreven. Hieronder waren: gevaarlijke botsingen; manoeuvres op hoge snelheid waardoor boten dreigden te kapseizen; slaan met stokken; traangas afvuren op korte afstand; en het weigeren van een individuele beschermingsbeoordeling bij aankomst

“Céline”, een migrante uit Kameroen, vertelde: “Ze bleven met lange stokken met scherpe punten op onze [houten] boot slaan, ze doorboorden hem… Er waren minstens twee vrouwen en drie baby’s zonder reddingsvesten. We zagen ze verdrinken en daarna zagen we de lichamen niet meer. Ik ben nog nooit zo bang geweest.”

Ondanks aanhoudende bezorgdheid over het gebrek aan transparantie over de onderscheppingen, stopten de Tunesische autoriteiten in 2024 met het openbaar maken van gegevens over onderscheppingen. Dat deden ze nadat ze met EU-steun een eigen maritieme zoek- en reddingsregio (SSR) hadden ingesteld. Daarvoor rapporteerden ze een scherpe toename van het aantal onderscheppingen.

‘Ga naar Libië, ze zullen je doden’

Sinds juni 2023 zetten de Tunesische autoriteiten tienduizenden vluchtelingen en migranten collectief uit. Dit waren voornamelijk zwarte mensen. Zij werden uitgezet vanwege hun ras of na onderscheppingen op zee. Amnesty International stelde vast dat tussen juni 2023 en mei 2025 ten minste zeventig collectieve uitzettingen hebben plaatsgevonden. Daarbij ging het om meer dan 11.500 mensen.

De veiligheidsdiensten dumpten migranten, asielzoekers en vluchtelingen – ook zwangere vrouwen en kinderen – in afgelegen woestijngebieden aan de grenzen met Libië en Algerije. Ze lieten hen daar achter zonder voedsel of water en namen meestal hun telefoons, identiteitsdocumenten en geld in beslag. Hierdoor liepen ze groot gevaar. Na de eerste golf uitzettingen (juni-juli 2023) werden minstens 28 migranten dood aangetroffen aan de Libisch-Tunesische grens en werden er tachtig als vermist opgegeven. Deze uitzettingen vonden plaats zonder enige procedurele waarborgen, en schenden het principe van non-refoulement.

Mensen die naar Algerije waren verdreven, moesten een wekenlange voettocht afleggen vanaf de grens, of liepen het risico het risico om vanuit Algerije naar Niger te worden gestuurd. Degenen die naar Libië werden gestuurd, werden vaak overgedragen aan de Libische grenswacht of aan andere milities. Die lieten hen vervolgens achter of sloten ze op in detentiecentra waar gedetineerden worden mishandeld. Vluchtelingen en migranten in Libië worden blootgesteld aan straffeloze, wijdverspreide en systematische mensenrechtenschendingen. Dit komt volgens een VN-onderzoeksmissie neer op misdaden tegen de menselijkheid.

“Ezra”, een Ivoriaanse man, vertelde Amnesty International hoe de Tunesische veiligheidsdiensten hem in de nacht van 1 op 2 juli 2023 samen met 24 anderen, onder wie minstens één kind, vanuit Sfax naar de Libische grens deporteerden.

“Wij bereikten de grenszone met Libië rond zes uur ’s ochtends… Een [Tunesische] agent zei: ‘Ga naar Libië, ze zullen je doden.’ Een andere agent zei: ‘Of je zwemt, of je rent naar Libië.’ Ze gaven ons een tas met onze kapotgeslagen telefoons….”

De groep probeerde langs de kust terug naar Tunesië te lopen, maar Tunesische mannen in militair uniform onderschepten ze, stuurden honden op ze af, sloegen vier van hen in elkaar en brachten de groep terug naar de grens.

“Ze dwongen ons te scanderen: ‘Tunesië nooit meer, we komen nooit terug’”

Tijdens uitzettingen, onderscheppingen of in detentie martelden en mishandelden Tunesische veiligheidsdiensten 41 mannen, vrouwen en kinderen. “Hakim”, een Kameroense man, beschreef hoe agenten hem en anderen in januari 2025 naar de Algerijnse grens brachten en daar achterlieten:

“Ze omsingelden ons en bevalen ons op de grond te liggen. We werden geboeid… Ze sloegen ons met alles wat ze hadden: knuppels, stokken, ijzeren buizen, houten staven… Ze dwongen ons te scanderen: ‘Tunesië nooit meer, we komen nooit terug’, opnieuw en opnieuw. Ze sloegen en schopten ons overal op ons lichaam.”

Amnesty International documenteerde ook veertien gevallen van verkrachting of andere vormen van seksueel geweld door Tunesische veiligheidsdiensten. Sommige daarvan vonden plaats tijdens vernederende fouilleringen of tijdens naakte fouilleringen. Deze kunnen waarschijnlijk als marteling worden beschouwd.

“Karine”, een Kameroense vrouw, vertelde Amnesty International dat mannelijke leden van de Nationale Garde haar op 26 mei 2025 twee keer verkrachtten. Dat gebeurde eerst tijdens een vernederende naakte fouillering na een onderschepping in de regio Sfax, en later aan de Algerijnse grens na een collectieve uitzetting.

EU-steun ten koste van levens en waardigheid

De EU laat zien niets geleerd te hebben van de mislukte samenwerking met Libië en gaat toch door met de samenwerking met Tunesië op het gebied van migratiecontrole. Daardoor worden mensen vastgehouden in een land waar ze het slachtoffer worden van wijdverspreide mensenrechtenschendingen. Bij deze samenwerking gaat het om financiering van de Tunesische kustwacht, training en uitrusting voor grensbeheer met als doel overtochten zonder de juiste papieren naar Europa te beperken.

De EU ondertekende in juli 2023 een Memorandum van Overeenstemming met Tunesië. Hierin ontbreken effectieve waarborgen voor de mensenrechten – zoals een transparante voorafgaande impactbeoordeling, onafhankelijk toezicht op mensenrechten en een clausule die de samenwerking opschort bij schendingen. De Europese Ombudsman wees in 2024 op deze tekortkomingen. Toch gaat de samenwerking meer dan twee jaar later nog altijd door, ondanks talrijke meldingen van ernstige schendingen. Europese functionarissen noemen het akkoord zelfs als een succes, waarbij ze verwijzen naar een sterke daling van het aantal irreguliere zeeovertochten vanuit Tunesië sinds 2024.

“De stilte van de EU en haar lidstaten over deze gruwelijke misstanden is bijzonder alarmerend,” zegt Heba Morayef. “Elke dag waarop de EU de gevaarlijke aanval van Tunesië op de rechten van migranten en vluchtelingen steunt – en van degenen die hen verdedigen – zonder de samenwerking wezenlijk te herzien, nemen Europese leiders het risico medeplichtig te worden.”

Meer over dit onderwerp