Arend Hulshof
© Amnesty International (Foto: Karen Veldkamp)

De UVRM: een soort moderne variant van de tien geboden

Ze was de drijvende kracht achter de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM). De voormalige First Lady Eleanor Roosevelt leidde in het najaar van 1948 de werkgroep die de verklaring opstelde.

In korte tijd moest ze gedelegeerden uit onder andere China‚ Rusland‚ Frankrijk en Zuid-Afrika op één lijn krijgen. Met succes. Op 10 december 1948 namen de Verenigde Naties de UVRM aan. Inmiddels‚ 65 jaar later‚ heeft de UVRM een bijna mythische status verworven. Een soort moderne variant van de tien geboden. Het is ’s werelds meest vertaalde tekst‚ die je op de meest onverwachte plekken tegenkomt. Internationale verdragen zijn gebaseerd op de UVRM en er zijn 61 grondwetten die ernaar verwijzen‚ waaronder zelfs die van China – de Nederlandse Grondwet overigens niet. En ruim elfhonderd mensen lieten een letter uit de UVRM op hun lijf tatoeëren.

Dat de Universele Verklaring niet heeft geleid tot een wereld zonder mensenrechtenschendingen was te verwachten. Ze is niet bindend‚ dus staten kunnen haar naast zich neerleggen. Toch straalt de verklaring gezag uit. Haar bestaan heeft een cultuuromslag teweeggebracht in de internationale gemeenschap. Vrijwel ieder staatshoofd zegt inmiddels mensenrechten te respecteren en wijst andere landen terecht. Dat leidt soms tot bizarre taferelen. Zo zei een Wit-Russische diplomaat bij de Verenigde Naties een paar jaar geleden nog dat Nederland te weinig deed tegen marteling. Hoe anders was dat in 1973. Toen Amnesty dat jaar een conferentie tegen marteling wilde houden‚ weigerde Unesco een ruimte te verhuren. De VN-organisatie vond dat staten zelf moesten bepalen of ze gevangenen wel of niet zouden martelen. Zoals we het strafrecht  niet afschaffen omdat er nog altijd misdaden worden gepleegd‚ moeten we ook de  UVRM blijven waarderen.

Wie de 65-jarige tekst nu leest‚ ziet dat ze nog altijd actueel is. Eventueel kunnen we haar moderniseren. In 1948 hadden landen als San Marino en Venezuela de doodstraf al afgeschaft (in 1865 en 1863)‚ maar toch lukte het toen niet een verbod op de doodstraf in de UVRM te krijgen. Ook Nederland liep op dit vlak niet voorop. In het jaar dat de UVRM tot stand kwam‚ zijn hier nog vier oorlogsmisdadigers geëxecuteerd. En in de jaren erna‚ tot maart 1952‚ volgden er nog eens zeventien. Pas in 1983 werd in Nederland de doodstraf ook grondwettelijk verboden. Misschien kan ook de Universele Verklaring dat inmiddels overnemen.