Wereldmachten: Steun een sterk Internationaal Wapenhandelsverdrag

Wapens geleverd door wereldmachten doden jaarlijks honderdduizenden mensen en verwoesten de levens van miljoenen mensen. Dit stelt Amnesty International in een nieuw rapport, enkele dagen voor de aanvang van de beslissende onderhandelingen over een Internationaal Wapenhandelsverdrag.

De vijf permanente leden van de VN-Veiligheidsraad – China, Frankrijk, Rusland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten – zijn verantwoordelijk voor meer dan de helft van de honderd miljard dollar die jaarlijks omgaat in de internationale handel in conventionele wapens. Deze vijf landen spelen een cruciale rol bij de onderhandelingen over een effectief wapenhandelsverdrag, waarin de bescherming van mensenrechten centraal staat. De onderhandelingen vinden tussen 18 en 28 maart plaats bij de VN in New York.

In de aanloop naar de onderhandelingen voert Amnesty een week lang wereldwijd actie. Wereldleiders worden opgeroepen een effectief wapenhandelsverdrag aan te nemen waarin mensenrechten centraal staan.

Onverantwoorde wapenhandel

‘Het is duidelijk dat de vijf permanente leden van de VN-Veiligheidsraad verantwoordelijk zijn voor het leeuwendeel van de internationale wapenhandel. Gezamenlijk moeten zij dan ook de grootste verantwoordelijkheid nemen om de slecht gereguleerde wapenhandel onder controle te brengen,’ aldus Amnesty-onderzoeker Helen Hughes.

Uit onderzoek van Amnesty blijkt dat China, Frankrijk, Rusland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten allen verantwoordelijk zijn geweest voor wapenleveringen die mensenrechtenschendingen mogelijk hebben gemaakt. Amnesty International roept deze landen op om bij te dragen aan het aannemen van een wapenhandelsverdrag dat dergelijke onverantwoorde wapendeals in de toekomst onmogelijk maakt.

Het rapport Major powers fuelling atrocities bevat voorbeelden van de wapenhandel van de vijf genoemde wereldmachten naar landen waar er een substantieel risico is dat deze wapens ingezet worden voor het plegen en faciliteren van ernstige mensenrechtenschendingen.

Verenigde Staten

De VS is wereldwijd veruit de grootste wapenhandelaar en exporteert geregeld munitie naar bevriende landen en bondgenoten. De VS is de grootste leverancier van militaire uitrusting aan Jemen. In 2011 werd voor 4,8 miljoen dollar aan wapens geleverd. In dat jaar werden in Jemen rond de tweehonderd demonstranten door veiligheidstroepen gedood.

De VS is één van de landen die heeft ingezet op het afzwakken van de concepttekst van een Internationaal Wapenhandelsverdrag, door bepaalde typen wapens en munitie niet op te nemen in het verdrag. Amnesty International dringt aan op het opnemen van alle typen wapens en munitie in het wapenhandelsverdrag.

Volgens Brian Wood, lid van de Amnesty-delegatie in New York, bevat een effectief wapenhandelsverdrag een zogenaamde ‘Gouden Regel’, staten moeten worden verplicht om wapenexporten tegen te gaan wanneer er een substantieel risico is dat de wapens gebruikt zullen worden bij het plegen van ernstige mensenrechtenschendingen.

Rusland

Rusland is de op één na grootste wapenhandelaar ter wereld. De afgelopen twee jaar blokkeerden Rusland en China pogingen van de VN om Syrië een wapenembargo en sancties op te leggen. Onderzoek van Amnesty International toont aan dat uit Rusland afkomstige wapens – van vliegtuigen tot clusterbommen – worden gebruikt in Syrië. In de afgelopen twee jaar zijn meer dan 60 duizend mensen gedood en miljoenen mensen hebben moeten vluchten voor het geweld.

China

Overheidsbedrijven in China zijn verantwoordelijk voor het grootste deel van de nationale export van conventionele wapens. De laatste jaren heeft China deze wapens getransporteerd naar landen zoals Zimbabwe, Congo en Sudan. In juli 2011, tijdens het gewapend conflict in Libië, waren vertegenwoordigers van de regering van Muammar Kadhaffi in het geheim in gesprek met Peking over de aankoop van wapens ter waarde van 200 miljoen dollar. Er is geen bewijs dat de wapens zijn geëxporteerd, maar de Chinese bedrijven leken welwillend om de wapens te verkopen aan de regering van Kadhaffi, dit terwijl Libië onder een wapenembargo van de VN-Veiligheidsraad stond.

Een sterk Internationaal Wapenhandelsverdrag is geen oplossing voor al het misbruik van wapens maar het zou wel degelijk een belangrijke stap zijn in de richting van meer veiligheid en bescherming van de mensenrechten van miljoenen mensen die in angst leven.

Lees het rapport Major powers fuelling atrocities