Mensen ontheemd door geweld in Jebel Marra, Darfur
© Privéfoto

Sudan: overtuigend bewijs van gebruik chemische wapens tegen burgers in Darfur

Amnesty-onderzoek heeft gruwelijk bewijs aan het licht gebracht van het herhaaldelijk gebruik van chemische wapens door het regeringsleger tegen de burgerbevolking in een afgelegen gebied in Darfur, Sudan. Onder de honderden slachtoffers zijn veel jonge kinderen.

Er vielen meerdere bommen rond het dorp en in de heuvels… Mijn kinderen zijn ziek van de rook van de bommen… Ze moesten overgeven en kregen diarree… En hoestten veel… Hun huid verkleurde en werd donker, alsof het was verbrand.

Dit vertelde een vrouw uit het dorp Burro in het Jebel Marra-gebied. Zij was thuis met haar kinderen op het moment van een bomaanval. Ze vertelde Amnesty dat ze verschillende bommen zag waaruit zwarte rook kwam die daarna blauw verkleurde.

Het Jebel Marra-gebied in Darfur is een erg afgelegen gebied en niet toegankelijk voor journalisten en mensenrechtenonderzoekers. Amnesty heeft daarom op afstand onderzoek uitgevoerd met behulp van satellietbeelden, en door meer dan 200 diepte-interviews te doen met overlevenden via telefoon en het internet en door de professionele analyse van tientallen beelden waarop baby’s en jonge kinderen te zien zijn met afschuwelijke verwondingen. Ook werden de bevindingen voorgelegd aan twee deskundigen op het gebied van chemische wapens. Hieruit blijkt dat er ten minste dertig aanvallen met mogelijke chemische wapens zijn geweest sinds januari 2016. De laatste aanval was op 9 september 2016. De aanvallen worden voornamelijk door de Sudanese luchtmacht uitgevoerd.

Chemische aanvallen

Het is moeilijk om de schaal en wreedheid van deze aanvallen onder woorden te brengen. De beelden die we hebben gezien zijn echt schokkend. Op één ervan zagen we een jong kind schreeuwen van de pijn voordat het stierf. Op veel foto’s staan jonge kinderen bedekt met wonden en blaren. Sommigen konden niet ademen en gaven bloed over.

Amnesty schat dat tussen de 200 en 250 mensen gestorven zijn als gevolg van blootstelling aan de chemicaliën. De meesten van hen waren kinderen. Honderden andere mensen overleefden de aanvallen maar kregen in de uren na blootstelling aan de chemische stoffen symptomen als het overgeven van bloed, diarree, blaren en huiduitslag, en oog- en ademhalingsproblemen. Veel slachtoffers vertelden dat ze geen toegang tot medische hulp hadden en het moesten doen met middelen als zout, limoenen en lokale kruiden.

Het gebruik van chemische wapens is een oorlogsmisdaad. Amnesty roept op tot een diepgaand onderzoek naar het gebruik van deze wapens in Darfur door de OPCW (Organisation for the Prohibition of Chemical Weapons van de VN). Daarnaast moeten de Sudanese autoriteiten toestaan dat de VN vredesmacht UNAMID en mensenrechten- en hulporganisaties toegang krijgen tot afgelegen gebieden als Jebel Marra.

Dertien jaar lang geweld

In januari 2016 begon het Sudanese leger een militair offensief in Jebel Marra, tegen het Sudanese Vrijheidsleger (Sudan Liberation Army/Abdul Wahid, SLA/AW). Het Sudanese leger beschuldigt het SLA ervan militaire konvooien en burgers aan te vallen. In de acht maanden sinds het begin van dit offensief hebben de overheidstroepen opzettelijk burgers aangevallen. Met behulp van satellietbeelden toonde Amnesty aan dat 171 dorpen werden vernietigd of aangevallen. Hierbij werden burgers gebombardeerd, gedood, ontvoerd en werden vrouwen verkracht. Dit zijn dezelfde oorlogsmisdaden die in 2004 in Darfur plaatsvonden, toen de wereld wakker werd voor de mensenrechtenschendingen in deze regio. Het enige dat sindsdien is veranderd, is dat de wereld niet meer toekijkt, aldus Tirana Hassan.

Lees het rapport

Amnesty’s onderzoek in dit gebied wordt mede mogelijk gemaakt door steun van de deelnemers aan de Postcode Loterij.