Politiegweld in Belarus (Wit-Rusland)
© Natalia Fedosenko/TASS

Gemarteld in Belarus

Amnesty International tekende getuigenissen op van mensen in Belarus die door de autoriteiten zijn gemarteld. Dit is er daar een van.

Mikalai (niet zijn echte naam) ging op 9 augustus 2020, de avond van de verkiezingen, op bezoek bij vrienden in de stad Orsha, 200 kilometer ten oosten van Minsk. Hij vertrok rond 22.00 uur, liep door het centrum en zag politiebarricades en mensen die door de politie werden geslagen en vastgehouden. Hij besloot te proberen de bus te halen, maar zag de oproerpolitie naar hem toe komen. Voor hij het wist waren zijn handen achter zijn rug gedraaid en lag hij met zijn gezicht naar beneden op de grond. De agenten bevalen hem zijn telefoon uit te zetten en pakten zijn rugzak af. Mikalai werd naar het centrale politiebureau gebracht. Bij aankomst werden hij en anderen geslagen door een groep van zo’n vijftig agenten met wapenstokken.

‘Ze begonnen ons te slaan. Mijn benen zijn blauw, ik ben op mijn hoofd geraakt. Een van de gedetineerden die bij mij was, was op zijn knieschijf geslagen. Er was veel geschreeuw, hysterie, minderjarigen werden vastgehouden. Twee doktoren kwamen om eerste hulp te verlenen, maar beledigden ons ook met de woorden “waar schreeuw je over, idioot, je begrijpt dat je gestraft zult worden”. We moesten met ons gezicht naar de muur gaan staan. Er was een cel in de buurt van waaruit ik agenten een levenloos lichaam zag dragen. Een meisje dat helemaal in paniek was, werd daarheen gebracht, daar leken ze haar te helpen. De doktoren zeiden dat ze minderjarig was.’

Mikalai zegt dat hij om ongeveer 4 uur ’s ochtends met anderen in een cel werd gestopt met ijzeren bedden en geen beddengoed. Hij werd de volgende ochtend ondervraagd. Ze vroegen bijvoorbeeld of hij het volkslied en de vaderlandse geschiedenis kende. Toen hij en de andere gedetineerden vroegen om hun familieleden te informeren waar ze waren, kregen ze te horen dat ze geen rechten hadden. Hij herinnert zich dat er op een gegeven moment een audiobericht werd afgespeeld in het detentiecentrum. De gevangenen  werd verteld dat ze Svetlana Tichanovskaja [oppositieleider] hoorden, die de demonstranten naar verluidt opriep te stoppen.

Mikalai werd veroordeeld tot tien dagen ‘administratieve detentie’. Hij zegt dat iedereen werd beschuldigd van dezelfde acties – deelname aan een illegale bijeenkomst, het zingen van slogans – ongeacht wat er werkelijk was gebeurd. Er waren geen getuigen en hij mocht zijn dossier niet inzien. Hij zegt dat de politie hem tijdens zijn administratieve detentie nog meer sloeg en hem en de oppositieleider beledigde in obscene taal met seksuele verwijzingen.

Op een dag moesten wel dertig gedetineerden een wandeling maken in een ruimte van niet meer dan 4 bij 4 meter. Het was koud en het regende. Pas later realiseerde Mikalai zich dat dit gebeurde omdat er nieuwe gedetineerden werden binnengebracht en ze wilden vermijden dat ze informatie zouden delen.

Voordat Mikalai werd vrijgelaten, werd hij bij de baas van het detentiecentrum geroepen. Hij moest bevestigen dat hij niet mishandeld was, wat hij uit angst deed.

Lees de andere getuigenissen.

Lees meer over marteling in Belarus.