Libië: burgerdoden door NAVO-luchtaanvallen moeten worden onderzocht

De NAVO heeft nagelaten onderzoek te doen naar burgerslachtoffers die vorig jaar zijn gevallen tijdens de luchtaanvallen op Libië. Ook is er onvoldoende geprobeerd om de families van slachtoffers te compenseren.

Het Amnesty-rapport Libya: The forgotten victims of NATO strikes maakt melding van 55 burgerdoden door NAVO-aanvallen, onder wie 16 kinderen. De slachtoffers verbleven meestal in burgerwoningen die geen militair doel dienden.

Radiostilte NAVO

Volgens Amnesty hebben overlevenden en familieleden van slachtoffers tot nu toe nog niets van de NAVO gehoord.

‘De NAVO mag de vele burgerslachtoffers niet negeren. Alleen een vage verklaring uitgeven waarin spijt wordt betuigd is niet genoeg. Er moet een grondig onderzoek komen’, aldus Donatella Rovera van Amnesty.

Onderzoek moet uitwijzen of er doden zijn gevallen door overtreding van het internationaal recht. Als dat zo is, moeten de daders voor de rechter verschijnen.

Mandaat

Bijna een jaar geleden, op 31 maart 2011, begon de NAVO met luchtaanvallen op Libië om burgers te beschermen tegen het regime van de dictator Muammar Kadhaffi. De aanvallen duurden tot eind oktober. In die periode werden bijna tienduizend aanvalsmissies uitgevoerd. Een woordvoerder van de NAVO zegt dat de organisatie ‘geen mandaat heeft om in Libië nog langer iets te ondernemen’.