Een schitterend misverstand

Minister Koenders verdedigde gisteren in de Tweede Kamer het bezoek dat hij met de koning aan Saudi-Arabië bracht. Hij zei dat ‘ook mensenrechtenverdedigers niet vragen dat wij op een lager niveau gerepresenteerd zouden worden’. Hij noemt het zijn overtuiging dat ‘we zo effectief mogelijk bezig moeten zijn om te bereiken wat we willen’. Bovendien stelt hij dat Nederland ‘mensenrechten aan de orde stelt zoals anderen dat soms niet doen’. Volgens hem wordt deze aanpak gewaardeerd:

Als je respect aan een land toont op een wijze die bij de tradities daar behoort, heeft dat niets te maken met instemming op het terrein van mensenrechten. Juist de Nederlandse regering heeft in de afgelopen periode veel lof verdiend bij organisaties als Amnesty.

Dat we ‘lof’ zouden hebben, dat is niet echt mijn perceptie. Wat zijn de feiten?

a. Na jarenlang lobbyen besloten we in september 2013 met een rapport te komen: Wie zwijgt stemt toe? Het gebrek aan Nederlandse steun voor vervolgde Saudische mensenrechtenverdedigers. Zoals de titel al suggereert: lof voor de ambassade, het Ministerie van Buitenlandse Zaken of onze regering was niet de strekking.

b. In november 2014 publiceerden we een update: Doorbreek het stilzwijgen. We constateerden dat de Nederlandse overheid weliswaar kleine stappen vooruit had gezet, maar op cruciale momenten zweeg. Lof? Dit rapport memoreert nog eens de lijst van voorvechters van mensenrechten die in Saudi-Arabië gevangenzitten.

c. Vanaf 30 juni 2014, toen blogger Raif Badawi werd veroordeeld tot lange gevangenisstraf en een lange reeks afranselingen, vroegen we om een duidelijke publieke stellingname van de Nederlandse regering. Op 9 januari kwam de minister, na vergeefse druk op de Saudische regering in Europees verband, met een reactie: ‘Nederland veroordeelt deze straf. Lijfstraffen zijn in strijd met de internationale mensenrechtenverdragen.’ Dat was de dag dat de eerste serie stokslagen werd toegediend. Amnesty had inmiddels zestien opeenvolgende vrijdagen gedemonstreerd bij de Saudische ambassade in Den Haag. Lof? We waren vanzelfsprekend blij met de uitspraak van de minister, maar vroegen hem ook méér te doen.

d. Naar aanleiding van de zware delegatie die Nederland stuurde naar de uitvaart van koning Abdullah, stelden we dat dit bezoek een stap kon zijn voor een gesprek over mensenrechten. We vroegen om afspraken daarover. Het was de urgentie van een belangrijke kans die we hier wilden overbrengen. Dat we de regering lof zouden toezwaaien is een schitterend misverstand. Of schitterende framing.

Amnesty is zich zeer bewust van de waarde van stille diplomatie. Wij komen al vijftig jaar op voor gewetensgevangenen en we weten dat je een gevarieerd repertoire kunt inzetten. Maar de onderdrukking van de vrijheid van meningsuiting in landen als Saudi-Arabië vraagt ook om krachtige publieke stellingname. Daar vragen, smeken de plaatselijke organisaties om.

Het is een goed uitgangspunt om in gesprek te blijven met onderdrukkende regimes. Als we dan maar wél echt iets blijven zeggen.