Burundi gebruikt grof geweld om demonstraties neer te slaan

Demonstraties tegen de zittende president van Burundi, Pierre Nkurunziza, worden met ongekend geweld neergeslagen door de veiligheidsdiensten. Amnesty International waarschuwt in een nieuw rapport dat Burundi hierdoor op de rand staat van een groot conflict.

Uit een nieuw onderzoek door Amnesty in mei en juni 2015, komt naar voren dat de Burundese politie buitensporig en dodelijk geweld gebruikte tegen demonstranten die in opstand kwamen tegen het beleid van de huidige president. Vrouwen en kinderen werden hierbij niet gespaard.

Nkurunziza probeert tegen elke prijs herkozen te worden voor een derde termijn. Ook al is dit in strijd met de grondwet. Geen enkel repressiemiddel wordt geschuwd: intimidatie van de bevolking, inzet van politie voor politieke doelen, het sluiten van onafhankelijke media en het opsluiten van oppositie en andere civiele leiders.

Ten minste 58 doden

Volgens de hoge commissaris voor mensenrechten van de Verenigde Naties zijn ten minste 58 mensen gedood sinds de demonstraties op 26 april 2015 begonnen. Onder de doden zijn twee politieagenten, twee militairen en een lid van de jeugdafdeling van de regerende partij.

De politie schoot gericht op ongewapende en wegrennende demonstranten. Zelfs wanneer kinderen meeliepen tijdens de demonstraties schoot de politie met scherp en gebruikte traangas. Hoewel de meeste demonstranten rustig bleven, reageerden sommige demonstranten op het buitensporige optreden van de politie.

De Burundese autoriteiten moeten onmiddellijk een grondig en gedegen onderzoek instellen naar het optreden van de de politie. Iedereen die zich schuldig heeft gemaakt aan buitensporig geweld moet worden vervolgd. Alleen zo kan het vertrouwen in de veiligheidsdiensten worden hersteld.