Tanja Nijmeijer: ‘Je kunt niet alleen vrede stichten met de FARC’

Tanja Nijmeijer
© © LUIS ROBAYO / AFP

Voormalig FARC-strijder Tanja Nijmeijer was in 2016 betrokken bij het vredesakkoord met de Colombiaanse regering. Hoe kijkt ze daar zes jaar later op terug? 

‘De mensenrechtensituatie in Colombia is de afgelopen jaren niet veel verbeterd’, zegt voormalig FARC-strijder Tanja Nijmeijer via Zoom. Ze ziet nog altijd grote ongelijkheid in Colombia. En ondanks het vredesakkoord van 2016 tussen de regering en de FARC, ziet ze nog veel geweld van andere guerrillagroepen en drugsbendes. 

Toch is Nijmeijer hoopvol sinds de verkiezing van president Gustavo Petro in augustus. Hij is niet alleen de eerste linkse leider van het land, hij was ook ooit lid van guerrillabeweging M19, tegenwoordig – net als de FARC – een politieke partij.  Volgens Nijmeijer spreekt Petro’s belofte om de vredesakkoorden van 2016 na te leven veel Colombianen aan. Want na bijna zestig jaar conflict ‘willen de Colombianen verandering’.  

Met zijn campagnebelofte La Paz Total (totale vrede) probeert Petro in het complexe conflict een blijvende vrede te creëren. Hier is hij al mee begonnen door bijvoorbeeld nieuwe gesprekken aan te gaan met guerrillabeweging ELN. Een goed idee, vindt Nijmeijer. ‘Je kunt niet alleen vrede stichten met de FARC. Als andere guerrillastrijders en narcobendes nog steeds gewapend zijn, is dat niet effectief.’  

Betrokken bij de onderhandelingen 

Als Twentse student sloot Nijmeijer zich in 2002 aan bij de FARC, een linkse guerrillabeweging die tot 2016 een oorlog voerde tegen de staat. Nijmeijer was dat jaar als vertaler Engels namens de FARC betrokken bij de vredesakkoorden. Vanaf dat moment kwam er ook binnen de FARC meer aandacht voor mensenrechten. Nijmeijer: ‘We leefden daarvoor in een klein wereldje en vonden: dit is een politieke strijd, mensen­rechten­schendingen bestaan alleen bij het leger, niet aan onze kant.’   

De FARC werd echter door hun vele ontvoeringen en aanslagen door de EU en VS gezien als terreurorganisatie. Toch zegt Nijmeijer dat ze pas besefte hoe groot de schade van de FARC was toen ze slachtoffers hoorde praten bij een vredestribunaal. ‘Door de vele getuigenissen kon ik het niet meer ontkennen. Heel veel slachtoffers zeiden bijvoorbeeld: mijn vader, zus of tante werd ontvoerd door de FARC. Ik had als strijder maar een klein deel van de puzzel voor ogen.’ 

Zorgen over veiligheid 

Zes jaar na het vredesakkoord zijn veel Colombiaanse burgers ontevreden dat zoveel FARC-strijders nu vrij kunnen leven. Tegelijkertijd hebben ex-FARC-strijders die een nieuw leven proberen op te bouwen een grote kans om vermoord te worden. Hierdoor zijn veel FARC-leden weer terug de jungle in gegaan. 

Ook Nijmeijer maakt zich zorgen om haar eigen veiligheid: ‘We moeten ons best doen om niet op te vallen op de plek waar je een huis huurt. Je probeert je geschiedenis niet prijs te geven en onopvallend te leven’, vertelt ze.  

Aangezien ze een belangrijke rol had binnen de FARC heeft ze van de regering een veiligheidsschema gekregen en wordt ze bewaakt door vier bewakers. Maar niet alle ex-FARC-strijders hebben die luxe. ‘Je kan geen beveiliging regelen voor 13.000 ex-strijders. En je moet eigenlijk ook iets hebben voor rechtse leiders en social leaders dus daar gaat heel veel geld naartoe.’  

Nijmeijer gelooft dat er uiteindelijk wel een einde kan komen aan het conflict in Colombia. Maar volgens haar is het belangrijkste dat de ongelijkheid verminderd wordt. Bijvoorbeeld met maatregelen zoals gewassenvervanging voor cocaboeren. ‘Na het vredesakkoord ging de FARC praten met boeren die coca (de grondstof van cocaïne) produceren om over te gaan op gewassenvervanging, en veel boeren willen graag hun gewassen vervangen. Zij zijn helemaal niet blij met het verbouwen van coca.’