© Studio Odilo Girod

Cultuurtips mei 2019

Te bang om te getuigen

Na de ineenstorting van de Sovjet-Unie heeft Rusland nooit echt afgerekend met de totalitaire communistische geschiedenis. Dat verklaart waarom een voormalige KGB-agent nu president is, maar ook waarom een van de grootste massamoordenaars ooit, Jozef Stalin, ook nu nog door grote delen van de Russische bevolking op handen wordt gedragen.

In haar pakkende boek Onderdrukt door de verlosser gaat onderzoeksjournalist en fotograaf Hester den Boer op zoek naar Stalins erfenis. Die zoektocht brengt Den Boer onder meer naar het Siberische stadje Kolpasjevo, waar in 1979 een groot massagraf met slachtoffers uit het Stalin-tijdperk kwam bloot te liggen. De KGB liet de duizenden lijken opnieuw verdwijnen en verbood de bewoners van het plaatsje om er ooit over te praten. Zelfs vandaag de dag willen te veel getuigen van destijds niet praten, ontdekt Den Boer. ‘Niemand weet hoe de politiek er morgen uitziet en of je dan in de problemen kunt komen door iets wat je vandaag hebt gezegd.’

Hester den Boer
Onderdrukt door de verlosser
Atlas Contact
272 p., € 21,99

Verboden te zingen

De in Nieuw-Guinea geboren Merel Hubatka heeft haar historische debuutroman Norman opgedragen aan haar vader Frank. Frank Hubatka trok zich het lot van de Papoea’s zeer aan: hij deed mee aan demonstraties, schreef ministers aan en reisde af naar de Verenigde Naties in Genève om de zaak van de Papoea’s te bepleiten.

Bij het schrijven van Norman heeft Hubatka zich laten inspireren door het levensverhaal van haar vader die, net als de hoofdpersoon Norman Taborsky, eind jaren vijftig vertrok naar Nieuw-Guinea om er bestuursambtenaar te worden. De bevolking wil onafhankelijk worden van Nederland én van Indonesië, maar op 1 mei 1963 wordt het bestuur van het westelijk deel van Nieuw-Guinea toch overgedragen aan Indonesië. De laatste drie Nederlanders, onder wie Norman Taborsky / Frank Hubatka, moeten voor die datum weg zijn.

‘Sindsdien volgde een halve eeuw aan mensenrechtenschendingen’, schrijft Merel Hubatka in het nawoord van haar boek. ‘Op het hijsen van de Papoeavlag of het zingen van het eigen volkslied staat vijftien jaar gevangenisstraf.’ (Zie ook pagina 39.)

Merel Hubatka Norman
Wereldbibliotheek
304 p., € 19,99

Stiekem naar het strand

De Israëlische schrijfster Ilana Hammerman is tegen de bezetting van Palestijns gebied. In het mooi geschreven Een vrouw alleen verhaalt ze van haar bezoeken aan de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook. Ze wil meemaken hoe het leven in de bezette gebieden is. Ook probeert ze de bevolking te helpen. Zo smokkelt ze op een dag in haar rode Ford Fiesta een groepje kinderen afkomstig van de Westelijke Jordaanoever langs een militair checkpoint.

Met knikkende knieën zitten Hammerman en de kinderen in de auto. Als de Israëlische soldaat hoort dat zij een ‘koosjer accent’ heeft, kunnen ze zonder verdere vragen doorrijden. Niet veel later bereikt het gezelschap het doel van de spannende trip: het strand. ‘Noer bleef staan waar ze stond
en bleef maar staren’, schrijft Hammerman. ‘De rit van haar dorp naar de kust duurde hooguit
een uur en een kwartier, maar ze had de zee nog nooit gezien.’

Ilana Hammerman
Een vrouw alleen
De Bezige Bij
304 p., € 19,99 

Queeste van een Egyptische melaat

Beshay, de hoofdpersoon van de speelfilm Yomeddine, is een weinig benijdenswaardige man. Als kind liet zijn vader hem achter bij een leprakolonie. Zijn gezicht zit vol littekens en hij verdient de kost door op de vuilnisbelt te zoeken naar waardevolle spullen. Als zijn vrouw Ireny overlijdt, besluit Beshay de leprakolonie voor het eerst in zijn leven te verlaten en op zoek te gaan naar zijn familie. Bij zijn reis met ezel en wagen door Egypte krijgt Beshay gezelschap van het weesjongetje Obama. De tocht levert spannende en humoristische avonturen op, maar wordt vooral gekenmerkt door tegenslag en pijnlijke ontmoetingen. De ontroerende film wint aan kracht door de keuze voor de acteur die Beshay speelt: Rady Gamal. Regisseur Abu Bakr Shawky kwam Gamal tegen toen hij in 2009 in de buurt van Cairo een documentaire maakte over een leprakolonie. Net als Beshay werd Gamal als kind achtergelaten door zijn ouders.

Bekijk de trailer.

Abu Bakr Shawky
Yomeddine
In maart te zien bij Movies that Matter on Tour
www.moviesthatmatter.nl

 

Documentaire: The feeling of being watched

In 2001 werd Assia om drie uur ’s nachts wakker. Door haar raam zag ze licht. Ze stapte uit bed en zag twee mannen die in een telefoonpaal hingen. Ze deden iets met de telefoondraden. Dat kon weinig goeds betekenen. Assia, toen 16, werd bang en ging naar de slaapkamer van haar moeder. ‘Er zitten twee mannen op de telefoonpaal. Ze doen iets met de draden. We moeten de politie bellen.’ ‘Ga maar rustig slapen’, zei haar moeder slaperig, ‘het is de FBI maar.’

Assia Boundaoui is in maart te gast op het Movies That Matter Festival in Den Haag, waar haar film The feeling of being watched wordt vertoond. Boundaoui groeide op in Bridgeview, Illinois, een voorstad van Chicago. Een kleine gemeenschap van zo’n tweehonderd gezinnen, veelal van Arabische afkomst.

In 1998 overleed haar vader plotseling aan darmkanker. Boundaoui was 14. Ze herinnert zich dat de kamer wekenlang vol zat met mensen. De hechte gemeenschap rond de moskee zorgde voor morele steun en zamelde geld in om het gezin te helpen.

Steun van de moskee was er niet alleen voor gezinnen in Bridgeview zelf, maar ook voor armlastige mensen in de Palestijnse gebieden. Dit trok de aandacht van de FBI.

In het geheim startte het project met codenaam Vulgar Betrayal. De hypothese was dat er vanuit Bridgeview geld naar de terroristen van Hezbollah en Hamas vloeide. FBI-agenten overspoelden de wijk. Ze postten in auto’s en plaatsten afluisterapparatuur, om de geldstromen in kaart te brengen. Wie betaalde wie? En waar ging het geld uiteindelijk naartoe? Nooit vond de FBI bewijs van banden met terroristische organisaties.

Alle inwoners in Bridgeview wisten dat ze in de gaten gehouden werden. Niemand wist precies hoeveel en waarom. De grens tussen realiteit en paranoia was zo vaag dat een van Boundaoui’s vriendinnen schizofreen was, maar dat haar achtervolgingswaanzin niet als zodanig herkend werd.

Toen Assia, die inmiddels journaliste was geworden, in een lokale krant las over Vulgar Betrayal besloot ze een onderzoek naar de surveillance te beginnen. Hoe ver ging het? Was het legaal? Gebeurde het nog steeds? De documentaire The feeling of being watched laat zien hoe Boundaoui via een Freedom Of Information Act probeert om de feiten boven tafel te krijgen. Uiteindelijk lukt het na veel tegenwerking om 30 duizend documenten boven tafel te krijgen, die duidelijk maken dat de mensen van Bridgeview niet paranoïde waren, maar doelwit van een van de grootste contraterroristische onderzoeken ooit gedaan in de Verenigde Staten van voor 9/11.

De documentaire eindigt met een bezoek aan een panopticum, een cirkelvormige gevangenis, met in het midden een wachttoren van waaruit een bewaker in iedere cel kan kijken. Het is een idee uit het eind van 18de eeuw, van de filosoof Jeremy Bentham. Als de gevangenen het idee hebben dat ze continu bekeken worden, zullen ze zich beter gedragen.

Boundaoui is zelf door het maken van de documentaire ook een doelwit geworden van hackers. Ze weet niet of ze gehackt is door overheidsdiensten. Wel dat ze niet alles meer via de mail vertelt. Ze eindigt met de observatie dat ze weinig kan doen aan het feit dat ze mogelijk in de gaten gehouden wordt. Wat ze wel kan doen, is ervoor zorgen dat de surveillance zelf niet onzichtbaar is. Het enige wat we aan surveillance kunnen doen is terugkijken, om ervoor te zorgen dat degenen die kijken, zelf ook in de gaten gehouden worden, om zo te zorgen dat de grens tussen paranoia en realiteit helder blijft.
Tekst: Gerard Janssen

Bekijk de trailer.

Regie: Assia Boundaoui
The feeling of being watched
VS, 2018, 87 min.
www.moviesthatmatter.nl