Eduard Nazarski
© Amnesty International / Karen Veldkamp

Zuurstof

De Nederlandse Orde van Advocaten bracht op 14 februari een ‘doorlichting’ uit van de programma’s van Nederlandse politieke partijen. Het rapport kreeg relatief weinig aandacht in de media. Dat verbaasde me‚ want de inhoud is belangrijk en zorgwekkend.

Bijna alle dertien onderzochte programma’s bevatten maatregelen die de rechtsstaat zouden verzwakken. Vijf partijen doen voorstellen die met de rechtsstaat regelrecht in strijd zijn.

In veel verkiezingsprogramma’s staan terrorismebestrijding en immigratie bovenaan. Organisaties die haat preken moeten op een zwarte lijst komen‚ zegt de SP. Maar dan wel met duidelijke regels van de rechter‚ stelt de Orde. Gebedsoproepen van moskeeën mogen anders worden behandeld dan klokgelui‚ vindt de SGP. Maar waar blijft dan het gelijkheidsbeginsel van de Grondwet? Buitenlandse financiering van moskeeën moet worden verboden‚ zegt het CDA. Discriminatie noemt de Orde dat‚ want het gaat alleen om de islam en niet om andere godsdiensten. En zo meer.

De regels van de rechtsstaat staan niet in steen gebeiteld. De Orde zegt terecht dat de rechtsstaat nooit af is. Maar dan moet je die niet verzwakken‚ laat staan aantasten. De rechtsstaat moet burgers beschermen tegen machtsmisbruik. De overheid moet voorspelbaar zijn en wat verworven is niet zomaar terugdraaien. De overheid mag de vrijheden van de burgers niet naar willekeur beperken. En bij twijfel‚ zoals over de grenzen van vrije meningsuiting‚ spreekt de rechter. Dat alles is van onschatbare waarde.

Vinden we ónze rechtsstaat misschien zo vanzelfsprekend dat we het belang ervan niet meer op waarde schatten?

Ik zie in maar al te veel landen hoe gruwelijk de gevolgen zijn als er geen functionerende rechtsstaat is. Vinden we ónze rechtsstaat misschien zo vanzelfsprekend dat we het belang ervan niet meer op waarde schatten?

Partijen zoeken aansprekende oplossingen voor problemen van migratie‚ terrorisme en‚ als ik die term in 2017 nog mag gebruiken‚ de multiculturele samenleving. Daartoe grijpt men naar ‘spierballentaal’‚ zegt de Orde. En worden de spelregels van de grondrechten aan de kant geschoven.

Mensenrechten kun je niet uit politiek belang opofferen. Ze zijn de zuurstof van de samenleving. Ze zijn onmisbaar in de verhouding tussen burgers en overheid. En zou ons land na de verkiezingen echt gaan inboeten op mensenrechten‚ hoe overtuigend zijn we dan nog als we Turkije‚ Saudi-Arabië of Rusland aanspreken?

Er is in deze verkiezingen veel om voor op te komen. Let op onze zaak‚ is mijn hartenkreet.

Wordt Vervolgd, maart 2017