Momcilo Perisic

Is het de taak van een tribunaal geschiedenis te schrijven? Over het antwoord op die vraag wordt verschillend gedacht. In ieder geval vonden de diplomaten die in 1993 betrokken waren bij de oprichting van het Joegoslavië-tribunaal van wel. Maar juristen van binnen en buiten het tribunaal denken daar anders over. Bij berechting gaat het om het vaststellen van individuele schuld. Geschiedschrijving laten de magistraten graag over aan historici. Inmiddels zijn we 18 jaar en 126 veroordelingen verder en prijzen historici de vonnissen van het tribunaal vanwege de wijze waarop daarin geschiedenis wordt geschreven. Wie iets wil weten over de uiterst complexe conflicten in voormalig Joegoslavië of wie er betrokken was bij etnische zuiveringen, slaat er een vonnis van het tribunaal op na.

Dat dat niet altijd opgaat, bleek toen deze maand het vonnis werd geveld tegen Momcilo Perisic, de voormalige stafchef van het Servische leger. De zaak is een mijlpaal in de geschiedenis van het tribunaal omdat het de eerste uitspraak is tegen een Servische overheidsfunctionaris in verband met misdrijven die in Bosnië zijn gepleegd. De verwachtingen waren hooggestemd. Het tribunaal zou zich uitspreken over de rol van Servië bij misdrijven in Bosnië. Denk bijvoorbeeld aan de belegering van Sarajevo en de genocide in Srebrenica. Kwamen de opdrachten daarvoor uit Belgrado of opereerden Bosnisch-Servische militairen onder leiding van Mladic op eigen houtje? In hoeverre was de Servische regering op de hoogte? Had de regering in Belgrado Mladic kunnen stoppen? Het zijn de cruciale vragen die door de abrupte beëindiging van het proces tegen de Servische president Milosevic nog niet werden beantwoord. Het Perisic vonnis geeft nu gedeeltelijk antwoord op deze vragen.

Maar de rechters werpen geen nieuw licht op de verhouding tussen de Serviërs en hun Bosnische broeders. Dat er sprake was van ondersteuning, werd algemeen al aangenomen. Maar de rechters hebben geen bewijs gevonden voor vergaande invloed op de besluitvorming door de Bosnische Serviërs. Overlevenden in Bosnië, vooral in Srebrenica, tonen zich ontgoocheld over de uitspraak. Ook de Bosnische regering is teleurgesteld omdat er geen nieuwe feiten aan het licht zijn gekomen om Servië ter verantwoording te roepen voor de genocide in Bosnië. Toch is er genoeg reden voor tevredenheid.

Perisic heeft 27 jaar gevangenisstraf gekregen omdat vast is komen te staan dat hij de Bosnische Serviërs logistieke steun heeft verleend zodat deze hun moorddadige plannen konden uitvoeren. Hij wist van ophanden zijnde aanvallen en kon dus weten wat daar de gevolgen van zouden zijn. Hem wordt dan ook niet alleen verweten dat hij heeft geholpen bij de moord op de duizenden burgers van Sarajevo en Srebrenica maar ook dat hij de misdrijven niet heeft voorkomen. De verantwoordelijkheid van de Servische legertop ten aanzien van de misdrijven in Bosnië staat hiermee in steen gebeiteld. De historici zijn nu aan zet om lacunes in deze geschiedenis te dichten.