Boze burgers
Cliché of geen cliché‚ het verhaal van de Centraal-Afrikaanse sultan Yaya Adamou Daouda doet denken aan dat van Asterix en Obelix. Net als de twee Galliërs weet Daouda sinds 2013 dapper weerstand te bieden aan een vijand van buitenaf.
In zijn geval zijn dat milities die in de Centraal-Afrikaanse Republiek een bloedige burgeroorlog uitvochten. Zelfverzekerd sprak hij de strijdende partijen om de beurt toe die vervolgens zijn sultanaat Koui (in het uiterste noordwesten van het land) met rust lieten.
Als lokale sultan is het wellicht makkelijker om tegen de stroom in de wereld te verbeteren dan voor simpele burgers. Toch zijn hun mogelijkheden evenmin te onderschatten. In de VS krijgen activisten soms meer voor elkaar dan hun president. Dat Amerikanen in alle staten kunnen trouwen met iemand van hetzelfde geslacht is bijvoorbeeld niet te danken aan Barack Obama‚ maar aan de burgers die een zaak aanspanden bij het Hooggerechtshof. Zij kregen vorig jaar gelijk‚ waardoor het nog niet zo lang geleden onmogelijk geachte homohuwelijk in de VS sindsdien legaal is.
Voor illegale jongeren kon Obama wel een verschil maken. Dankzij een presidentieel bevel hebben zij recht op werk en mogen zij een rijbewijs halen – mits ze vóór 2007 het land binnenkwamen. De president kon echter niet voorkomen dat de staat Georgia ‘illegalen’ de toegang ontzegde tot vijf topuniversiteiten. Zelfs jongeren met uitmuntende cijfers op de middelbare school zijn hierdoor vaak veroordeeld tot een baantje bij McDonald’s.
Dat moet anders‚ vonden vier activistische hoogleraren. In 2011 richtten zij een ‘ondergrondse’ universiteit op waar ze pro bono lesgeven aan talentvolle jongeren zonder verblijfsvergunning.
In Nederland was de in augustus overleden Herman Burgers een goed voorbeeld van iemand die verontwaardiging wist om te zetten in daadkracht. In 1948 werd hij als dienstplichtige naar Batavia gestuurd. Tot op late leeftijd maakte hij zich kwaad over martelpraktijken die Nederlandse soldaten in het latere Indonesië pleegden. Zijn werkzame leven stond vervolgens grotendeels in het teken van mensenrechten en begin jaren tachtig was hij een van de opstellers van het VN-Verdrag tegen foltering.
Boosheid is vaak een destructieve emotie die zelfs kan leiden tot marteling‚ discriminatie‚ moord of erger. Maar zij kan ook inspireren tot activisme. Boze burgers die hun woede weten om te zetten in iets constructiefs‚ kunnen het onmogelijke bereiken.