
De risico’s van vluchtelingendeals
Sinds 2015 maakt Europa steeds meer afspraken met andere landen, met als bedoeling vluchtelingen en asielzoekers niet verder laten reizen of hen overnemen. Amnesty maakt zich grote zorgen over de ernstige mensenrechtenschendingen die volgen uit deze ‘deals’.
Verdronken kinderen, gammele bootjes die zinken en overvolle vluchtelingenkampen aan de randen van Europa. Sinds in 2015 het aantal mensen die oorlog of vervolging ontvluchtten en Europa wilden bereiken toenam, richten Europese leiders zich steeds meer op het versterken van Europa’s buitengrenzen. Niet alleen met hekken, prikkeldraad en grenswachten, maar ook met ‘vluchtelingen- of migratiedeals’. Dit zijn afspraken met landen buiten Europa, die in ruil voor bijvoorbeeld geld of handelsvoordelen vluchtelingen en asielzoekers niet verder laten reizen of hen overnemen. Amnesty maakt zich grote zorgen over de ernstige mensenrechtenschendingen die volgen uit deze ‘deals’.
EU-Turkijedeal
Om de chaotische komst van vluchtelingen en migranten in 2015 een halt toe te roepen sloot de Europese Unie (EU) een overeenkomst met Turkije: mensen die de oversteek vanuit Turkije naar Griekenland maakten mochten door Griekenland worden teruggestuurd. Voor elke teruggenomen persoon zou Europa een Syrische vluchteling naar de EU laten overkomen. Maar daar kwam weinig van terecht. Zeven jaar na de EU-Turkijedeal zitten er nog steeds duizenden mensen onder verschrikkelijke omstandigheden vast op de Griekse eilanden, in afwachting van een asielbesluit. Bovendien kan Turkije niet als veilig land worden beschouwd. Amnesty heeft flinke kritiek geuit op deze deal en vreest dat dit een blauwdruk is voor afspraken met andere landen. Zo was er vanaf 2016 een deal met Afghanistan om mensen uit te zetten naar dit land, onder wie kwetsbare mensen zoals gezinnen met kinderen. Daar liepen zij een groot risico om slachtoffer te worden van mensenrechtenschendingen. In 2022 worden voorlopig geen Afghanen uitgezet in afwachting van nieuw beleid voor dit land.
EU-Libië: samenwerkingsafspraken
De EU, inclusief Nederland, steunt actief de Libische autoriteiten. Zo krijgt de Libische kustwacht training, boten en ander materieel om mensen op zee te onderscheppen. Onderschepte mensen worden in detentiecentra geplaatst, waar ze een groot risico lopen om gemarteld, uitgebuit of zelfs vermoord te worden. Dit blijkt ook uit ons Bekijk ook: 'No one will look for you'- Forcibly returned from sea to abusive dentention in Libya met bewijs van deze mensenrechtenschendingen. Daarnaast gebruikt de Libische kustwacht geweld en intimidatie tegen drenkelingen en non-gouvernementele organisaties (ngo’s) die reddingsoperaties uitvoeren. Amnesty meent dat Europa hiermee medeplichtig is aan deze mensenrechtenschendingen.
Amnesty’s aanbevelingen
Amnesty is niet principieel tegen samenwerking met landen om vluchtelingen op te vangen en de asielprocedure te laten doorlopen. Maar dan moeten die afspraken wel aan mensenrechtenstandaarden voldoen. Tot nu toe heeft de praktijk aangetoond dat deals tot ernstige mensenrechtenschendingen kunnen leiden.
Dit zijn Amnesty’s aanbevelingen:
- Respecteer het non-refoulement-principe dat is vastgelegd in internationaal vluchtelingenrecht: staten mogen mensen niet naar een land sturen waar zij risico lopen op ernstige mensenrechtenschendingen.
- Zorg ervoor dat mensen toegang hebben tot een individuele, zorgvuldige en eerlijke asielprocedure.
- Voorkom dat mensen die op zoek zijn naar bescherming willekeurig in detentie worden geplaatst en zorg dat er veilige en humane opvang voor hen is.
- Maak de inhoud van de deal openbaar, zodat het altijd transparant en democratisch controleerbaar is wat er precies wordt afgesproken.
- Monitor wat er gebeurt met mensen na aankomst in het land waar een deal mee is gesloten.